Aedes-Magazine 1/2018

Page 1

Samenwerken en ontmoeten NIEUW LEVEN VOOR FABRIEKSCOMPLEX IN ENSCHEDE WONINGCORPORATIES EN SOCIALE HUISVESTING » VIER WETHOUDERS IN VERKIEZINGSTIJD » WAT DOEN WE VOOR DE MUS EN DE VLEERMUIS? » VERNIEUWINGSAGENDA BRENGT VAKGENOTEN SAMEN » ‘NIET PAS NADENKEN OVER JE LOOPBAAN ALS ONTSLAG DREIGT’ « 2018/1

Een factuur goedkeuren of tekenen op het moment en de plaats dat het u het beste uitkomt? Dat kan met de Factuur App! De app is eenvoudig te gebruiken op tablet en smartphone, op ieder tijdstip en iedere locatie.

In de Factuur App staan de facturen uit het Digitale Factuurverwerkingsproces voor u klaar. Het goedkeuren, tekenen en/of afkeuren kan snel gebeuren door de factuur op basis van de meest essentiële factuurgegevens simpelweg naar links of rechts te swipen. Wilt u meer informatie over de factuur, dan kunt u hierop inzoomen. U krijgt dan de beschikking over de status van de factuur, notitie

en factuurhistorie, crediteurgegevens, factuurregels, termijnen, boekingsregels en gekoppelde bijlagen. Het dashboard geeft u inzicht waar welke factuur zich in het proces bevindt.

Wilt u meer weten over de Factuur App en de mogelijkheden die NCCW u biedt? Maak dan snel een afspraak.

Kijk op onze website voor meer informatie. Wilt u persoonlijk contact bel dan 036 539 13 93 of stuur een e-mail naar communicatie@nccw.nl.

www.nccw.nl
De Factuur App, de handige app waarmee u met een swipe naar links of rechts uw facturatieproces up-to-date houdt.
Niet alleen het facturatieproces, maar ook de werkdag wordt efficiënter”

PARTNERS IN WONEN

Wethouders uit drie gemeenten vertellen over de opgaven waar ze voor staan. De een wil inspelen op meer alleenwonenden. De ander op het aanbod van voldoende eengezinswoningen en het huisvesten van ouderen in kleine, geschikte woningen in hun vertrouwde buurt. Juist daarom maken we lokaal afspraken over wonen, zodat de wethouder, de woningcorporatie en de huurder tot de beste oplossing kunnen komen voor hun gemeente.

Nog een maand en dan gaan we naar de stembus voor de gemeenteraadsverkiezingen. Overal doen corporaties mee aan lokale discussies over wonen, zodat er uiteindelijk goede woonplannen komen in de verschillende college-akkoorden. Woonplannen die ook aansluiten bij onze ambities uit de Woonagenda; meer nieuwbouw, verduurzaming, betaalbare huurwoningen en maatwerk.

Dus nieuwe wethouders en nieuwe raadsleden, zoek echt de samenwerking met corporaties. Zij hebben kennis van zaken. Ze kunnen en willen aan de slag. Daarvoor is ook uw inzet nodig. U bent verantwoordelijk voor zorg en welzijn, dus neem de regie. Ga om de tafel met zorg- en hulpverleners en corporaties, want in de wijken en buurten gebeurt het. En stop met eindeloos vergaderen, hak knopen door. Zorg in ieder geval voor voldoende bouwlocaties tegen een sociale prijs. Veel gemeenten willen meer woningen bouwen; van appartementen voor ouderen dichtbij voorzieningen, betaalbare huurwoningen voor starters tot tijdelijke huizen voor gescheiden ouders. Mits er aan de grond zoveel mogelijk geld verdiend kan worden. Die kortetermijnverdiensten van vandaag gaan vaak niet samen met wat er morgen en overmorgen nodig is op de woningmarkt. Bouw dus voor de toekomst, niet voor de portemonnee van vandaag. Woningcorporaties zijn daarbij uw ‘partners in wonen’.

‘Nieuwe wethouders en raadsleden, ook uw inzet is nodig’
Aedes-Magazine / » commentaar «
Elke gemeente heeft te maken met een aantal hoofdthema’s: voldoende en betaalbaar woningaanbod, verduurzaming en maatwerk in zorg. Dat betekent nog niet dat je kunt praten over dé Nederlandse woningmarkt. Wonen is lokaal. Dat blijkt ook in dit Aedes-Magazine weer.
JEROEN POORTVLIET
» inhoud « Aedes-Magazine / Commentaar Ondertussen in Opinie Column Slimmer en beter voor elkaar Goedemorgen VTW en toezicht De stelling Zestien uit tweeëndertig Mensen en wonen Huisvester van het volk Colofon 3 6 16 31 32 34 38 43 50 63 64 66 Partners in wonen Sneek Samen verduurzaming versnellen LiesbethBrouwer-deJong Lokale loyaliteit? MarcodeWilde Vernieuwende praktijkvoorbeelden JanitaTabak Jaarverslag: hoe heeft de RvC zijn werk gedaan? Soepeler regels voor mus en vleermuis Zestien vragen aan JanFokkema KarinBreijer JanDuiker WETHOUDERS IN VERKIEZINGSTIJD53

CRISTEL VAN DE VEN

Blijvend werken aan de ontwikkeling van je loopbaan is nodig in de huidige arbeidsmarkt. Vanuit haar ervaringen bij corporaties vertelt loopbaanadviseur en onderzoeker Cristel van de Ven wat daarvoor nodig is.

MET VAKGENOTEN

In de Vernieuwingsagenda van Aedes werken woningcorporaties en samenwerkingspartners in coalities aan zes thema’s waaronder digitalisering en verduurzamen. Wat gebeurt er in die coalities? En met welke resultaten?

SAMENWERKEN

EN ONTMOETEN

Van vervallen fabrieksterrein tot werken ontmoetingsplek midden in Enschede. Domijn realiseerde het met lokale samenwerking en in goed overleg met de Autoriteit woningcorporaties binnen de kaders van de Woningwet.

10 44 20 » inhoud « Aedes-Magazine /

Sneek

Kant-en-klaar

Ze staan op hun plek. De eerste van 20 verplaatsbare huizen in Sneek. Kant-en-klaar aangeleverd op de bouwplaats. Er zijn te weinig huizen voor kleine huishoudens en voor statushouders in de gemeente SúdwestFryslân. Maar het is lastig te voorspellen of dat in de toekomst zo blijft. Daarom hebben corporatie Accolade en de gemeente gekozen voor deze tijdelijke oplossing. In tien huizen komen statushouders wonen, de andere tien zijn voor gewone woningzoekenden. De huizen zullen voorlopig tien jaar op deze plek staan; ze gaan minimaal 30 jaar mee. De 39 vierkante meter woonoppervlak is verdeeld over twee woonlagen. Ze zijn van alle gemakken voorzien: zoals een keuken, badkamer, woonkamer, slaapruimte, eigen voordeur en buitenterras. De huizen zijn all electric, dus zonder gasaansluiting. Het gebruikte materiaal is zo duurzaam mogelijk en grotendeels herbruikbaar. Dit concept past ook nog eens in de werkwijze van Accolade volgens The Natural Step, een methode voor organisaties om volledig duurzaam te worden.

 » ondertussen in
«
» Sneek «

Jaarverslaglegging 2017

Het jaarrekeningtraject 2016 is voor veel corporaties monnikenwerk geweest. Hoewel in de jaarrekening 2017 geen stelselwijziging hoeft te worden verwerkt, is het van belang ook dit jaar tijdig te starten met het jaarrekeningtraject en voldoende aandacht te besteden aan de specifieke wijzigingen die dit jaar in uw jaarrekening moeten worden opgenomen.

Deadline

Eerder is duidelijk geworden dat de verschuiving van de deadline naar 1 mei voor de jaarrekening en dVi niet voor deze verslaggevingsronde gaat gelden. Het jaarrekeningtraject 2017 biedt wel de mogelijkheid een ‘generale repetitie’ te zijn voor de verslaggevingsronde van volgend jaar. De ervaringen uit het jaarrekeningtraject 2017 kunt u gebruiken om uw verslagleggings processen verder te optimaliseren.

Scheiding DAEB en niet-DAEB

Per 1 januari 2018 dient de scheiding van uw DAEB en nietDAEB activiteiten volledig in uw administratie te zijn door gevoerd. De presentatie van de eindbalans over 2017 wordt nog op dezelfde wijze als over het boekjaar 2016 verwacht. In uw jaarrekening over 2017 dient u de scheiding inzichtelijk te maken onder de overige gegevens, door presentatie van gescheiden beginbalansen voor uw DAEB en niet-DAEB activiteiten per 1 januari 2018. Dit vergt aanvullende werkzaamheden. In de jaarrekening over het boekjaar 2017 hoeven nog geen gescheiden resultatenrekening en kasstroomoverzicht gepresenteerd te worden. Dit is pas van toepassing in de jaarrekening over 2018.

Waarderingsgrondslag bezit

Uw bezit dient u vanaf dit jaar te verantwoorden als vastgoedbelegging. Als waarderingsgrondslag wordt de ‘marktwaarde in verhuurde staat’ gehanteerd. De hiervoor te hanteren parameters zijn ten opzichte van vorig jaar op onderdelen gewijzigd. Hiernaast moet in de jaarrekening ook de bedrijfswaarde van het bezit nog worden gepresenteerd. Voor de dVi wordt u gevraagd het verloop in de bedrijfswaarde ten opzichte van voorgaand verslagjaar inzichtelijk te maken, waarbij de verschillende stappen in de bedrijfswaardemutatie gepresenteerd moeten worden.

Functionele model

In de jaarrekening en dVi wordt de resultatenrekening volgens het functionele model uitgevraagd. In het model zijn wijzigingen in de definitie van de ‘overige organisatiekosten’ en ‘leefbaarheid’ doorgevoerd. Deze wijzigingen kunnen van invloed zijn op de verdeelsleutels voor toepassing van het functionele model en op het scheiden van de DAEB en nietDAEB activiteiten. Bij het opstellen is het van belang rekening te houden met deze wijzigingen.

Bij deze onderwerpen en overige vraagstukken zijn wij u graag van dienst. Hofmeier biedt u zowel de personele ondersteuning als de inhoudelijke expertise om de specifieke elementen voor de jaarrekening en dVi voor u te verzorgen. Daarbij kunnen wij ook onderdelen als het uitwerken van het bedrijfswaardeverloop op projectbasis voor u verzorgen. Hofmeier heeft hiervoor de specifieke kennis van de gangbare automatiseringsoplossingen in huis. Onze professionals en consultants beschikken over actuele kennis met betrekking tot wet- en regelgeving en operationele ervaring in de uitvoering. Graag denken wij met u mee en ondersteunen wij u bij het tijdig opleveren van de vereiste verantwoordingsstukken.

Wilt u meer weten?

Bent u geïnteresseerd, of wilt u meer weten over wat Hofmeier voor u kan betekenen? Neemt u dan contact op met onze Sectorleider Corporaties, Peter van Gilst, p.vangilst@hofmeier.nl of 06-51 41 59 46.

Interim & Consulting
» arbeidsmarkt « Aedes-Magazine /

CRISTEL VAN DE VEN

Veranderingen in de arbeidsmarkt vragen het ontstaan van een cultuur waarin het vanzelfsprekend is om blijvend te werken aan de ontwikkeling van je loopbaan. In vaktermen: duurzame inzetbaarheid. Wat is daarvoor nodig? We praten erover met adviseur en onderzoeker Cristel van de Ven. ‘Je kunt iemand liefdevol een schopje onder zijn kont geven om in beweging te komen.’

TEKST: MARJON VAN WEERSCH, FOTO’S: BART VAN OVERBEEKE
»
» arbeidsmarkt « Aedes-Magazine /

arbeidsmarkt

Het werk bij woningcorporaties verandert. En in de toekomst zullen er bovendien minder medewerkers nodig zijn. Voor corporaties is het belangrijk dat hun medewerkers meebewegen met die ontwikkelingen. Het Fonds Leren en Ontwikkelen Wooncorporaties (FLOW) begeleidt werkgevers, HR-adviseurs en de andere medewerkers daarbij (zie kader). Cristel van de Ven puzzelt graag met thema’s als duurzame inzetbaarheid en loopbaanontwikkeling. Als mede-oprichter van Factor Vijf Organisatieontwikkeling werkt ze onder ander mee aan de masterclasses Mobiliteitenbrede inzetbaarheiddie FLOW voor leidinggevenden en HR-medewerkers van corporaties organiseert. ‘Het beste instrument om mensen in beweging te krijgen is praten. Aandacht werkt. Dat klinkt soft, maar het is een keihard feit.’

Hoe definieert u duurzame inzetbaarheid?

‘Er zijn veel verschillende definities in omloop. Ik gebruik het liefst deze: duurzame inzetbaarheid is het vermogen om je huidige werk te behouden en om nieuw werk te krijgen als dat gewenst of nodig is. Duurzame inzetbaarheid heeft dus niet alleen te maken met het zoeken van een andere baan of functie, maar ook met de ontwikkeling die nodig is om je huidige werk te kunnen blijven doen. Voor veel werknemers verandert dat namelijk heel snel. Door technologische ontwikkelingen. Door andere manieren van werken. Wist jij een paar jaar geleden wat lean,agileof scrum inhouden? Het gaat dus allereerst over jezelf ontwikkelen in je huidige baan. Bij duurzame inzetbaarheid denk ik pas in tweede instantie aan werk bij een andere werkgever of misschien zelfs een ander beroep.’

Sinds wanneer praten we eigenlijk over duurzame inzetbaarheid?

‘Ik kan me herinneren dat toen ik bij TNO Arbeid werkte, collega’s in 2003 een boekje schreven over wat we toen nog employabilitybeleidnoemden. Er was destijds weinig belangstelling. Inmiddels is duurzame inzetbaarheid hot. Het kabinet benadrukt het belang ervan in de rijksbegroting, het is een speerpunt in sectorale arbeidsvoorwaarden. Ik denk dat het thema nu zo’n jaar of tien op de maatschappelijke agenda staat. Dat heeft te maken met drie trends. De verhoging van de AOW-leeftijd waardoor mensen langer moeten doorwerken. De snel opkomende digitalisering en robotisering waardoor banen veranderen. En de flexibilisering van arbeid. Door die drie ontwikkelingen denken we nu veel bewuster na over wat de politiek, organisaties, werkgevers en werknemers moeten doen zodat mensen goed kunnen blijven werken.’

Hoe staat het met duurzame inzetbaarheid bij woningcorporaties?

‘Over het algemeen is het personeel van corporaties nog erg honkvast. Uit het arbeidsmarktonderzoek dat TNO in 2016 in opdracht van FLOW uitvoerde, blijkt dat de doorstroom erg laag is: 2 procent. In gesprekken met corporaties hoor ik van leidinggevenden en HR-professionals dat er veel mensen werken die lang en in dezelfde functie in dienst zijn. Is dat erg? Niet als een werknemer prima blijft functioneren en mee gaat met alle ontwikkelingen. De wezenlijke vraag is: kunnen werknemers de veranderingen bijhouden? Ook bij corporaties wordt het werk in veel functies complexer. Daarnaast krimpt de werkgelegenheid en die trend zet verder door. Tegelijkertijd zie ik dat veel corporaties en het Sectorplan Werkgelegenheid Woningcorporaties (redactie, zie kader) allerlei mogelijkheden bieden om hun werknemers te stimuleren zich te blijven ontwikkelen. Met workshops, gesprekken met loopbaancoaches, toekomstgerichte scholing, stages binnen of buiten de organisatie. Corporaties zijn in loopbaanontwikkeling heel mensgerichte bedrijven. Daarbij zijn ze echter ook risicomijdend.’

FLOW

Het Fonds Leren en Ontwikkelen Wooncorporaties (FLOW) zet zich in voor de scholing en ontwikkeling van corporatiemedewerkers.

FLOW ondersteunt initiatieven die corporaties helpen zich voor te bereiden op de veranderende arbeidsmarkt.

Het voert in opdracht van de CAO-partijen het Sectorplan Werkgelegenheid Woningcorporaties uit. Dit is een omvangrijk programma om de mobiliteit en duurzame inzetbaarheid van corporatiemedewerkers te verbeteren. In opdracht van FLOW voert TNO arbeidsmarktonderzoeken uit in de corporatiebranche. In juni 2016 vond het laatste onderzoek plaats.

FLOW wordt gefinancierd door werkgevers en -nemers.

‘Ga niet pas nadenken over je loopbaan als ontslag dreigt’
 Aedes-Magazine / »
« »

Hoezo, risicomijdend?

‘Leidinggevenden bij corporaties zijn soms voorzichtig. “Wat moet ik doen als een werknemer eigenlijk geen zin heeft om een opleiding te volgen? Ik kan iemand daar toch niet toe dwingen”, hoor ik vaak. Overigens zijn corporaties daar niet uniek in. Die voorzichtigheid zie ik terug bij veel bedrijven en organisaties die al heel lang bestaan, zoals grote multinationals en de gemeenten en het Rijk. Jongere bedrijven laten werknemers daar niet mee wegkomen.’

Voor bepaalde groepen wordt het steeds moeilijker om aan het werk te blijven of een nieuwe baan te vinden. Hoe verhoudt zich dat tot individuele verantwoordelijkheid?

‘Ik vind dat we onze ogen daar niet voor mogen sluiten en als samenleving ook moeten nadenken over een ander economisch model. Dan gaat het over vragen als: moet werk altijd betaald zijn, is een basisinkomen mogelijk? Maar op de eerste plaats zijn we allemaal zelf verantwoordelijk voor onze eigen loopbaan. Ik raad iedere werk-nemer aan om zichzelf te blijven ontwikkelen en niet pas te gaan nadenken over het vervolg van de loopbaan als ontslag dreigt. Bedrijven en organisaties hebben de verantwoordelijkheid om hun medewerkers daartoe te verleiden en te ondersteunen.’

Wat vindt u van de vaak positieve zelfhulpboekentoon: volg je talent en je passie, dan komt het wel goed?

‘Daar ben ik wat huiverig voor. Je kunt iets heel leuk vinden en ergens heel goed in zijn, maar als naar dat soort werk geen vraag is, schiet je er niets mee

Lees op Aedes.nl het interview met Yvonne de Wit, HRadviseur bij de Kleine Meierij.

‘Zolang je werkt, zul je moeten blijven leren om goed en lekker te kunnen werken. Is na je pensioen trouwens ook verstandig’
»  Aedes-Magazine / » arbeidsmarkt «

op. Daarom moeten we kijken welk werk in de toekomst nodig zal zijn. Het idee leeft dat vooral laagopgeleiden buiten de boot zullen vallen, onderzoeken laten zien dat juist de middenfuncties zullen verdwijnen. Bijvoorbeeld de banen van meao’ers. Die staan onder druk door de digitalisering. Dat gebeurt al in veel sectoren, zoals bij banken. Ook bij corporaties zien we een toenemende krimp in deze functies, bijvoorbeeld bij receptiemedewerkers. Het merendeel van de huidige huurders kan en wil veel digitaal regelen en hoeft de corporatie nauwelijks nog te bellen of te bezoeken. Voor werknemers in die middengroepen is het de vraag of ze in de corporatiesector nog een baan zullen vinden. Misschien zullen zij zich moeten omscholen. Bankmedewerkers hebben dat al gedaan. Bijvoorbeeld tot zorgmedewerker in de ouderenzorg.’

En de oudere werknemers? Bij corporaties is een kwart van het personeel 55-plusser.

‘Leeftijd is volgens mij geen probleem. Het beeld dat ouderen minder productief zijn of niet meer kunnen leren, klopt niet. Maar als een organisatie ouderen geen ontwikkelkansen meer aanbiedt, dan raken mensen het leren van nieuwe dingen ontwend. Het komt voor dat er met ouderen geen serieuze functioneringsgesprekken worden gevoerd omdat er “niks meer te bespreken” zou zijn. Dat moet echt veranderen. Er zijn ouderen aan het werk die enkele jaren geleden nog dachten nu al gepensioneerd te zijn. Hun werkgevers dachten dat ook. Jegens deze groep heeft de overheid eigenlijk psychologische contractbreuk gepleegd. Het is belangrijk dat ook deze werknemers zich blijven ontwikkelen. Zolang je werkt, zul je moeten blijven leren om goed en lekker te kunnen werken. Trouwens: ook na je pensioen is het verstandig te blijven nadenken over hoe je je leven actief blijft inrichten.’

Is duurzame inzetbaarheid in alle functies even vanzelfsprekend?

‘De een is misschien wat meer gewend over zijn eigen talenten en loopbaanwensen te praten dan de ander. Bij woningcorporatie de Kleine Meierij in Rosmalen heb ik een mooi voorbeeld gezien hoe je veel verschillende medewerkers kunt stimuleren om in beweging te komen. De HR-adviseur en de manager Wonen wilden graag met alle medewerkers over dit onderwerp praten. De HR-adviseur regelde informele sessies na werktijd. Van vijf tot zeven in de kantine Thais eten met cola erbij. In kleine sessies van vijf medewerkers van verschillende afdelingen met een leidinggevende en een HR-adviseur die de sessies begeleidden. Dat werden echte gesprekken waarin medewerkers vertelden wat voor gevoel het thema oproept. Wat de corporatie kan doen om hen te verleiden zelf met hun loopbaan aan de slag te gaan. Maar ook wat de corporatie absoluut niet moet doen.’

Praten is het belangrijkste instrument

Veel corporaties hebben prachtige programma’s, benadrukt Van de Ven aan het eind van het gesprek. ‘Regionaal werkt een groot aantal corporaties samen om de loopbaanontwikkeling van hun medewerkers te stimuleren en ondersteunen. Die initiatieven bieden tools, workshops, stages, opleidingsmogelijkheden en tal van andere activiteiten. En daar moeten ze vooral mee doorgaan. Praten blijft het belangrijkste instrument om medewerkers ook daadwerkelijk gebruik te laten maken van al die mogelijkheden. Het gesprek tussen medewerker en leidinggevende is essentieel. Waar sta je nu in je werkende leven? Wat wil je leren? Welke nieuwe klussen wil je doen? En wat heb je daarbij nodig? Dat vraagt om vertrouwen. En om oprechte aandacht. Jezelf ontwikkelen, is ook jezelf blootgeven. Daarbij kun je iemand liefdevol een schopje onder de kont geven om in beweging te komen.’

Cristel van de Ven (45) onderzoekt, adviseert en doceert over thema’s als duurzame inzetbaarheid van werknemers, sociale innovatie, diversiteit en leiderschap. Ze is partner en medeoprichter van Factor Vijf Organisatieontwikkeling, een onderzoeks- en adviesbureau dat organisaties ondersteunt bij deze thema’s. Daarvoor was zij onder meer onderzoeker bij TNO.

'Praten blijft het belangrijkste instrument om medewerkers ook daadwerkelijk gebruik te laten maken van al die scholingsmogelijkheden’
 Aedes-Magazine / » arbeidsmarkt « « »

complexbeleid

Met AM naar optimaal
VRAAG NU EEN VRIJBLIJVENDE DEMO AAN VIA www.ortec-finance.com/am Maak gebruik van een efficiënter begrotingsproces Realiseer je strategische doelen Neem de juiste investeringsbeslissingen Maak actuele complexplannen Werk met deskundige consultants Maak gebruik van de gecerticeerde rekenregels van WALS of FMP info-rem@ortec-finance.com | 010 700 55 52

De Vliegende Brigade van CO2-coaches is een team van zo’n 45 vrijwillige corporatie-experts in duurzaamheid die klaar staan om collega-corporaties te helpen bij het uitwerken van hun duurzaamheidsbeleid.

Liesbeth Brouwer-de Jong, bestuurder van Woningstichting Barneveld vertelt wat de CO2-coaches voor de sector kunnen doen.

Samen komen we verder. Zo eenvoudig is het gewoon. In de Aedes-Woonagenda hebben woningcorporaties afgesproken om in 2050 CO2-neutrale woningen te hebben. Om dit doel te halen, helpt het als corporaties samenwerken. Sommige corporaties hebben al veel kennis en ervaring over duurzaamheid in huis en delen die graag met collega-corporaties. Daarom doet onze corporatie mee met de door Aedes in het leven geroepen VliegendeBrigadevanCO2coaches. Onze projectmanager Ontwikkeling en Techniek Afke Rond is één van die ruim 40 opgeleide CO2-coaches. Zij gaat twee of drie andere corporaties in onze regio ondersteunen. Mooi dat we zoiets als vereniging voor elkaar krijgen.

De gemeente Barneveld liet vorig jaar tijdens een gesprek weten dat zij ons graag nog wat ambitieuzer zag: waarom niet al in 2035 alle woningen CO2-neutraal? Die uitspraak triggerde mij om samen met andere corporaties goed na te denken over onze verduurzamingsaanpak en het tempo daarvan. Daarom heb ik mij aangesloten bij de Coalitie Verduurzamen van Aedes. Hierin werken corporaties samen met partnerorganisaties aan vernieuwing. Samen hebben we bijvoorbeeld de RoutekaartCO2-neutraal2050 ontwikkeld (zie kader, redactie). Dit instrument geeft iedere corporatie een beeld van de maatregelen die in de specifieke lokale situatie nodig zijn om de CO2-doelstelling te halen.

Isolatie, installaties en bewoners

We weten inmiddels dat we onze aanpak moeten intensiveren en versnellen. Ook om de doelstelling in 2050 te halen. Dat jaartal stellen we vooralsnog dus niet bij. Voor onze corporatie betekent die intensivering dat we in de bestaande woningen volop inzetten op een goed geïso-

leerde buitenkant. Daarmee verminderen we de vraag naar warmte. Daarnaast kijken we hoe we het gedrag van bewoners kunnen beïnvloeden. Bijvoorbeeld door samen met de gemeente en de huurdersorganisatie voorlichting door energiecoaches te organiseren. Wij richten ons hierop vanuit de keuze ‘duurzaamheid draagt bij aan betaalbaarheid’. Met onze nieuwbouw sorteren we voor op de toekomstige wetgeving Bijna Energie Neutrale Gebouwen (BENG). Ondertussen doen we ervaring op met installaties waarmee we zo CO2-arm mogelijk kunnen voldoen aan de resterende vraag naar warmte, bijvoorbeeld met luchtwarmtepompen. Daar valt nog veel te winnen. We onderzoeken welke innovaties hier de komende jaren te verwachten zijn.

Regionaal en lokaal

Een les die wij hebben geleerd is: ga gewoon aan de slag. Alleen door te doen, boek je resultaten. Op die manier krijg je oog voor oplossingen in plaats van voor obstakels en onmogelijkheden. Dat is een ervaring die Afke als CO2-coach aan andere corporaties kan overbrengen. Ik kan me ook voorstellen dat een collega-corporatie van haar wil weten met welke partijen ze in de regio kunnen samenwerken. Het maken van regionale afspraken is ontzettend belangrijk bij het verduurzamen van onze woningen. Het is niet altijd mogelijk duurzame energie op of in de woning op te wekken. Corporaties zullen samen met bijvoorbeeld gemeenten moeten kijken welke andere vormen van energieopwekking mogelijk zijn, bijvoorbeeld met warmtenetten die zijn aangesloten op bodemwarmte. Een CO2coach uit de Vliegende Brigade kan een corporatie helpen dat gesprek te voeren. Op lokaal niveau kan dat bij het maken van de prestatieafspraken. Als een corpora-

» opinie « Aedes-Magazine /
Liesbeth Brouwer-de Jong, directeur-bestuurder Woningstichting Barneveld
‘ERVAAR HOE LEUK HET IS OM SAMEN DE VERDUURZAMING TE VERSNELLEN’

tie met behulp van de routekaart keuzes heeft gemaakt, kan zij aan de gemeente en de huurdersorganisatie laten zien hoeveel woningen zonnepanelen krijgen, of nul-opde-meter worden. Afke en de andere CO2coaches kunnen helpen bij de voorbereiding van die gesprekken. Meedenken hoe je duidelijk kunt maken dat er meerdere wegen naar Rome leiden als het om verduurzaming gaat.

Ik roep corporaties op om deel te nemen aan de Vliegende Brigade. Ervaar hoe leuk het is om in samenwerking verder te komen en onze verduurzamingsopgave te versnellen. Maak gebruik van de kennis en ervaring die collega-corporaties graag willen delen.

Aedesendeaangeslotencorporatieswerken metpartnerorganisatiessamenaan vernieuwingondermeerophetthema Duurzaamheid.

Lees meer over deze Vernieuwingsagenda op www.aedes.nl/vernieuwingsagenda.

DeCoalitieDuurzaamheidheeftondermeer deRoutekaartCO2-neutraal 2050ontwikkeld. EnerisnueenVliegende BrigadevanspeciaalopgeleideCO2-coaches: 45vrijwilligecorporatie-expertsin duurzaamheid. Zijstaanklaaromcollegacorporatiestehelpenbijhetuitwerkenvan hunduurzaamheidsbeleid.

Lees meer over deze coaches op www. aedes.nl/CO2-coaches.

» opinie « Aedes-Magazine /
‘Alleen door te doen krijg je oog voor oplossingen in plaats van voor obstakels’

rendement

Leegstandbeheer met
Ad Hoc heeft als leegstandbeheerder meer dan 25 jaar ervaring in het realiseren van een optimaal rendement van uw projecten. Met innovatieve concepten wordt uw project van maatwerkadvies voorzien en vervolgens van A tot Z uitgevoerd. De mix van financieel-, sociaal- of leefbaarheidsrendement wordt samen met u vormgegeven. Of u nu kiest voor Tijdelijk Verhuur (inclusief Passend Toewijzen), Tijdelijk Beheer of Toezicht en Security, Ad Hoc realiseert uw project succesvol en met aandacht voor rendement. Groot Hertoginnelaan 41 | 2517 EC Den Haag | T. 070 312 03 33 | www.adhocbeheer.nl Den Haag Amsterdam Arnhem Breda Den Bosch Groningen Maastricht Rotterdam Utrecht Zwolle Bent u werkzaam als directeur, financieel specialist, accountant of lid van de Raad van Commissarissen bij een woningcorporatie? Of bent u extern in financiële zin betrokken? Voor u is het Executive Program ‘Finance & Risk Management voor Woningcorporaties’ ontwikkeld. De opleiding gaat op 5 april weer van start met 8 bijeenkomsten. De bijeenkomsten zijn door hun modulaire opbouw ook afzonderlijk te volgen. Tijd donderdagenvan16:00-21:00uur Locatie campusWoudestein,Erasmus UniversiteitRotterdam PE-uren 40of5perlossemodule Info en aanmelden www.eur.nl/esaa/executive-programs Contact ProgramDirectordrs.J.H.Mersmann: 06-21461242 Executive Program Finance & Risk Management voor Woningcorporaties Erasmus School of Accounting & Assurance Erasmus University Rotterdam Make it happen. ESAA is een onderdeel van de Erasmus Universiteit Rotterdam ‘Een inspirerend programma, waarbij ik als directeur bestuurder nieuwe inzichten heb opgedaan om scherper te kunnen sturen op deze belangrijke thema´s. De interactie met de gastsprekers en de ruimte om eigen vraagstukken in te brengen zijn erg waardevol. Fijn om in 8 weken weer helemaal up to date te zijn!´ Module 1 Risicomanagement 5 april 2018 Module 5 Treasury Management 3 mei 2018 Module 3 Performance Management 19 april 2018 Module 7 Internal Control 24 mei 2018 Module 2 Project Control 12 april 2018 Module 4 Financial Management 26 april 2018 Module 8 Corporate Governance 31 mei 2018 Module 6 Financial Accounting 17 mei 2018

OMDAT WIJ KWALITEITSBORGING WEL BELANGRIJK VINDEN

Digitaal dakdossier Kwaliteitsnormering

KOMOprocescertificaat Garantiecertificaat Voor 15 jaar

Daksysteemgarantie PLUS is een product van de Stichting Dakmeester, de kwaliteitsspecialisten in hellenden daken. Wij als Dakmeesters vinden het van groot belang dat u ervan uit kunt gaan dat de door ons geleverde daken aan de allerhoogste kwaliteitsnormen voldoen. Samen met onze garantiepartners Monier, Velux en Unilin zorgen wij daarom voor garantie op materialen, functionaliteit en arbeid. Daksysteemgarantie PLUS wordt ondersteund door een uniek digitaal bouwdossier en geldt voor maar liefst 15 jaar!

Daksysteemgarantie PLUS. De maatstaf voor hellende daken.

Onze garantiepartnersStichting Dakmeester is het landelijk netwerk van KOMO-gecertificeerde dakdekkers en producenten van hellende daken. Voor meer informatie over Daksysteemgarantie PLUS zie www.dakmeester.nl
15 JAAR
KOMO
» leefbaarheid « Aedes-Magazine / 

PERFORMANCE

SAMENWERKEN EN ONTMOETEN

Van vervallen fabrieksterrein tot werk- en ontmoetingsplek midden in de stad, dat is kortweg de ontwikkeling van de Performance Factory in Enschede. Dankzij de inzet en samenwerking van veel mensen en organisaties is het complex nieuw leven ingeblazen. Bijna was het gestrand op de Woningwet van 2015. Woningcorporatie Domijn heeft het in goed overleg met de Autoriteit woningcorporaties toch kunnen realiseren. Binnen de kaders van de wet.

FACTORY IN ENSCHEDE
TEKST: SIMON KOOISTRA, FOTO’S: INDRA SIMONS » leefbaarheid « Aedes-Magazine / 

De Performance

Factory ligt tussen het centrum van Enschede en de wijk De Bothoven. Het complex bestaat uit vier hallen die Domijn commercieel verhuurt.

De corporatie stelt eisen aan samenwerking en talentontwikkeling. Participanten moeten een meerwaarde hebben voor elkaar. Zo is een bijzondere mix ontstaan van bedrijven en maatschappelijke organisaties, die behalve hun eigen doelen ook een gezamenlijk doel nastreven.

Karin Sprakel is gastvrouw in Gebouw Zuid. Eerst was ze alleen receptioniste van woningcorporatie

Domijn: ‘Ik wijs iedereen de weg.’

‘Een mooie afspiegeling van de stad Enschede’, zo omschrijft een van de participanten de Performance Factory in Enschede. Startende ondernemers, leerlingen vmbo, cliënten van de dagbesteding, jonge werklozen, beeldend kunstenaars, sporters, dansers en vele anderen ontplooien er activiteiten en ontvangen er klanten. Woningcorporatie Domijn is eigenaar en sinds kort medebewoner van het voormalige fabrieksterrein in de wijk De Bothoven aan de rand van het stadscentrum.

Het aanvankelijke plan voor sloop en nieuwbouw maakte plaats voor de huidige bestemming, die volgens Domijn en vele partners voorziet in een grote behoefte van buurt, stad en regio. De 200 medewerkers van Domijn hebben in december 2017 hun intrek genomen in Gebouw Zuid, een van de vier fabriekshallen op het voormalige fabrieksterrein.

Ze delen het pand met zo’n 300 andere gebruikers, nog afgezien van de vele gasten die er dagelijks over de vloer komen. Het gebouw is gemoderniseerd, maar heeft zowel buiten als binnen zijn karakter behouden. De sheddaken laten veel licht binnen.

Dwalend door de hoge en open ruimte stuit je als bezoeker voortdurend op voorwerpen en foto’s van de voormalige gebruikers, de textielfabriek van Nico ter Kuile en producent van direct-klaar-films Polaroid. Isolerende wanden gemaakt van gerecyclede jeans dempen het geluid van de verschillende nieuwe gebruikers. Van geluidsoverlast is geen sprake terwijl iedereen elkaar wel voortdurend tegenkomt en dat is ook de bedoeling.

VERBINDING

Mark Nijenmanting, directeur van de vestiging Enschede van de vmbo-opleiding AOC Oost zocht vorig jaar contact met Domijn, omdat hij door het groeiende leerlingenaantal met een tekort aan klaslokalen kampte. Het klikte meteen. ‘Wij willen onderwijs in verbinding met de omgeving aanbieden. Dat kan nergens beter dan hier.’

De opleiding huurt lesruimte waarvan ook anderen gebruik mogen maken en verzorgt het keuzevak sport en bewegen in Gebouw Oost, een van de andere fabriekspanden. Verder volgen leerlingen kooklessen in de keuken van de

 » leefbaarheid « » Aedes-Magazine /

Twentsche Foodhal, die zeven restaurants op de begane grond faciliteert en de gemeenschappelijke bar beheert. Voor de gasten bij de recente opening van het pand hadden ze koekjes gebakken.

De keuken en bediening krijgen bij evenementen ook assistentie van cliënten van zorginstelling Aveleijn, die mensen met een sociale of verstandelijke beperking dagbesteding aanbiedt. ‘We werken al langer samen met Domijn, maar zitten nu voor het eerst samen in één pand’, zegt manager Alice Isarin. Ze is enthousiast over de ervaringen tot nu toe. Ook ondernemers in het complex kunnen de cliënten van Aveleijn inhuren voor hand- en spandiensten zoals bijvoorbeeld het verzendklaar maken van poststukken.

‘Onze cliënten kunnen hier met iedereen contact maken. Ze merken dat ze ertoe doen en zijn overal welkom. Ze dragen allemaal een naamplaatje, zodat andere gebruikers van het gebouw weten met wie ze te maken hebben.’ Een van hen is Alfons Beune. Hij is graag onder de mensen en haalt elke dag de post. Maar zijn specialiteit is het maken van onderzetters van wasknijpers en kralen.

KRUISBESTUIVING

De kruisbestuiving tussen de participanten is precies wat Domijn beoogt met de Performance Factory. In 2006 kocht ze het terrein met de vier fabriekshallen samen met corporatie Ons Huis. De bedoeling was hier 300 à 400 nieuwe woningen te bouwen. Maar in 2009 zagen de corporaties af van dit plan. Het aanbod van bouwlocaties in Enschede was groter dan de vraag, zeker na het uitbreken van de economische crisis. Daarom nam Domijn het initiatief voor een andere bestemming en nam de aandelen van Ons Huis over, zodat ze als enige eigenaar overbleef. Ineke Buursink, directeur van Domijn: ‘Dat is in goed overleg gegaan. Wij hebben veel meer woningen in De Bothoven dan Ons Huis. Versterking van de buurten en wijken was en is een belangrijke prioriteit. Daarbij kijken we niet alleen naar het vastgoed, maar ook naar de sociale leefomgeving.’

John Slot, manager Vastgoedsturing en verantwoordelijk voor de projectontwikkeling: ‘Uit een gebiedsvisie kwam een aantal verbeterpunten naar voren. De arbeidsparticipatie van de huurders in woonwijk De Bothoven was laag,

Ewald Jogi (linker pagina, middelste foto) staat achter de bar van de Twentsche Foodhal. ‘Dit doe ik sinds 1 november. Daarvóór was ik assistentbeheerder van Gebouw Oost, waar de sportactiviteiten zijn.’ Ewald is al langer een bekend gezicht bij Domijn, omdat hij ooit als vrijwilliger werkte bij een Buurtontmoetingscentrum waarvan de corporatie veel gebruikmaakte. De Twentsche Foodhal faciliteert zeven restaurants op de begane grond en beheert de gemeenschappelijke bar.

‘Een deel van de ruimte is onbezet, zodat we flexibel kunnen inspelen op nieuwe initiatieven’
Aedes-Magazine / » leefbaarheid « »

André Meulenbeek (foto midden onder) beheert de Stadswerkplaats voor bedrijven, studenten, zzp’ers, kunstenaars en anderen: ‘We zijn een sociaal-maatschappelijke organisatie. ’ Tot de doelgroep behoren ook ‘jongeren met een rugzakje’. Onderhoudsdiensten van Domijn en de gemeente zijn vaste afnemers. Kinderdagverblijf en naschoolse opvang Kinderdomein biedt plaats aan de jongste gebruikers van de Performance Factory. Alfons Beune (rechter foto) is een van de 80 cliënten van Aveleijn die in de Performance Factory werken. Hij maakt onder andere onderzetters van wasknijpers en kralen. Naast hem aan tafel Alice Isarin van Aveleijn.

net als hun deelname aan sportactiviteiten. De voorzieningen waren te veel versnipperd en er was een gebrek aan sociaal contact tussen de bewoners. Aan de stedenbouwkundige structuur mankeerde ook het nodige. Het Polaroid-terrein was de missing link tussen De Bothoven en het centrum.’

Zodra bekend werd dat Domijn een nieuwe bestemming zocht voor de fabriekspanden, dienden zich potentiële huurders aan. Buursink: ‘Skaters, klimmers en kunstenaars zien vaak als eersten de waarde van dit soort gebouwen. Verder was er behoefte aan ontmoetingsruimtes, zoals een alcoholvrij jongerencafé.’

HUURCONTRACTEN

Op het moment van aankoop door beide corporaties was Polaroid de enige huurder. De producent van instant-films ging failliet, maar een kleine groep voormalige werknemers is in een van de fabriekshallen opnieuw begonnen. De tientallen bedrijven en organisaties die zich in de andere hallen hebben gevestigd, krijgen net als Polaroid een

huurcontract voor bedrijfsonroerend goed. Dat geldt dus niet alleen voor bedrijven als de Twentsche Foodhal, maar bijvoorbeeld ook voor zorginstelling Aveleijn. Buursink: ‘Je mag als corporatie sociaal-maatschappelijk vastgoed niet omzetten naar commercieel vastgoed, maar commerciële verhuur van vóór 1 juli 2015 wel door andere vervangen. Door iedereen een commercieel huurcontract aan te bieden, vermijden we discussies over de definitie van maatschappelijk vastgoed en hoeven we niet aan te tonen dat bepaalde huurders vallen binnen de limitatieve lijst die voormalig woonminister Van der Laan ooit heeft opgesteld.’ De keuze voor commerciële verhuur neemt niet weg dat Domijn eisen stelt aan samenwerking en talentontwikkeling. Participanten moeten een meerwaarde hebben voor elkaar. In 2011 stelde Domijn met een aantal deelnemende partijen een ambitiedocument op dat nog steeds van kracht is en waaraan nieuwelingen zich moeten conformeren. Zo is een bijzondere mix ontstaan van bedrijven en maatschappelijke organisaties, die behalve hun eigen doelen ook een gezamenlijk doel nastreven. »

 » leefbaarheid « » Aedes-Magazine /
» leefbaarheid « Aedes-Magazine /

Youssef Zinad (foto middenonder) is partner van Custom Solution. Hij adviseert startende ondernemers op organisatorisch, financieel en juridisch terrein. Binnen Workspace4U deelt hij kantoorruimte met ontwerpster Marije Kremers (rechter foto) en andere ondernemers, zoals een ICT-bedrijfje en een bureau voor coaching en training. ‘Domijn heeft mij de ogen geopend voor maatschappelijke vraagstukken’, zegt Youssef. ‘Wij kunnen meerwaarde bieden op het gebied van talentontwikkeling en samenwerking.’

Ineke Buursink en John Slot van Domijn ( foto links) : 'Dit is meer dan een verzamelgebouw.'

RENDEMENT

Buursink: ‘Als iemand alleen ruimte zoekt voor zichzelf, zeggen we: het is beter dat je dat ergens anders doet, want je past niet in het concept.’ Slot: ‘Zo hebben we bijvoorbeeld een squashclub afgewezen die alleen een ruimte wilde huren voor zichzelf met een eigen ingang en eigen kantine. We zijn meer dan een bedrijfsverzamelgebouw.’

Een ander principe is dat elke partij in staat moet zijn de huur op te brengen. ‘We zijn geen subsidiefabriek’, zegt Slot. Buursink: ‘De raad van commissarissen volgt ons kritisch. Als we geen inkomsten genereren, is het project ten dode opgeschreven. We hebben een totaalrendement afgesproken, maar daarbinnen hebben we de ruimte om de huurprijzen te variëren. Verder investeren we pas in een verbouwing als we een gebruiker hebben gevonden.’

Slot: ‘We onderscheiden ons van anderen doordat we niet top-down een plan vaststellen, daarin investeren en er dan pas een programma bij zoeken. De praktijk leert dat die benadering vaak tot een mismatch leidt, bijvoorbeeld

omdat een programma toch niet blijkt te passen of te duur wordt.’ Buursink: ‘We laten bewust een deel van de ruimte onbezet, zodat we flexibel kunnen inspelen op nieuwe initiatieven. Het is een groeimodel dat organisch vorm krijgt. We weten niet hoe het er hier over tien jaar uitziet. Het heeft ook geen zin daarover te speculeren, want dan ziet de wereld er weer heel anders uit. Bij elke stap houden we wel steeds het concept voor ogen. Daarbij overleggen we met onze partners, maar als eigenaar hakken wij uiteindelijk de knoop door.’

NIEUWE WONINGWET

De nieuwe Woningwet van 2015 dreigde een streep te halen door het concept van de Performance Factory.

Buursink: ‘Het leek er aanvankelijk op dat we het terrein weer moesten afstoten. Maar dankzij de Veegwet konden we toch doorgaan. We leggen al onze plannen voor aan de Autoriteit woningcorporaties en het ministerie, die al een paar keer op bezoek zijn geweest. Zowel de beleidsmakers als de toezichthouders hebben meegedacht. Voor hen is het

» leefbaarheid « » Aedes-Magazine /

» leefbaarheid «

ook een zoektocht. Aanvankelijk stelden we hen twee keer per jaar op de hoogte van de ontwikkelingen. Nu is de afspraak dat we hen actief inlichten bij elke grote verandering. Tot nu toe is ons nooit “nee” verkocht en passen onze plannen binnen de grenzen van de wet. Maar we denken wel na over mogelijke exit-strategieën. De Autoriteit woningcorporaties heeft daar ook op aangedrongen. Belangrijk bij verkoop is dat het concept overeind blijft.’

Buursink stelt dat de locatie van de Performance Factory waarschijnlijk een doorslaggevende factor is geweest voor de goedkeuring van de Autoriteit woningcorporaties. ‘Als we op een bedrijventerrein aan de rand van de stad hadden gezeten, was het vast anders gelopen. Dat zou te ver van onze doelgroep zijn geweest. Nu zitten we in een buurt met veel sociale huurwoningen en vlakbij het centrum.’

Na invoering van de nieuwe Woningwet zijn projecten als de Performance Factory nauwelijks haalbaar voor corporaties, beseft Buursink. ‘Althans niet op deze schaal. Ik zie wel kansen voor kleinere projecten, zoals een sociale

ontmoetingsplek in een buurt. Als daaraan in een dorp of buurt behoefte is, gaan wij opnieuw het gesprek aan met de Autoriteit woningcorporaties om te kijken hoe we dergelijke zaken mogelijk kunnen maken.’

De gemeente Enschede werkt actief mee aan de ontwikkeling van het Polaroid-terrein en heeft een flexibel bestemmingsplan vastgesteld. Buursink: ‘Ze vindt het prachtig dat we de buurt een nieuwe impuls geven en onderdak bieden aan partijen die zich inzetten voor de samenleving.’

Slot: ‘Toen we begonnen, waren er nog niet zoveel van dit soort plekken. Zo is de gemeente blij met onze sportfaciliteiten. Met de nodige fantasie hebben we een voormalige distributiehal omgevormd tot een gymzaal voor een fractie van de normale kosten, waarbij we ons niet hebben laten belemmeren door een paar betonnen kolommen. We denken niet vanuit de gangbare normen, maar vanuit de mogelijkheden. Er kan meer dan je denkt. Ik vergelijk het wel eens met kinderen die met vier jassen een voetbalveld maken.’

Marije Kremers ontwerpt geboorte- en trouwkaarten, en kleding. Verder is ze bezig met het opstarten van sociale onderneming ‘Voltalent’, die plekken aanbiedt aan mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Daarvoor zoekt ze toenadering tot zorginstelling Aveleijn.

Jonathan Rodriguez (midden boven) komt uit de buurt en runt samen met Stéphanie Perez (niet op de foto) sinds december een barbershop en dameskapperszaak, tevens ontmoetingsplaats.

‘Met de standhouders van de Twentsche Foodhal hebben we het gehad over een gezamenlijk klantenaanbod.’

‘Als je denkt vanuit de mogelijkheden kan er meer dan je denkt’
Aedes-Magazine 2018/1 27
»
» leefbaarheid « Aedes-Magazine / 

MINDER MAILVERKEER

In december is Domijn zelf verhuisd naar Gebouw Zuid. Dat heeft geleid tot een forse besparing op de huisvestingskosten. De corporatie zat eerst op een huurlocatie. Verder heeft ze het aantal vierkante meters met ongeveer de helft teruggebracht. ‘De verbouwingskosten zijn binnen het budget gebleven’, zegt Buursink. ‘Sinds de verhuizing volgen we ook de principes van het nieuwe werken. Op onze oude locatie waren al flexplekken ingevoerd. Dat is nu verder doorgezet. Verder hebben we de organisatie “ontschot” en werken we integraal. Collega’s komen elkaar meer tegen.’

Slot: ‘In het oude pand hadden we meer verdiepingen en was er letterlijk een grote afstand. Vroeger communiceerden collega’s vooral via de mail en zelfs via interne post. Nu komen ze aan elkaars bureau. Er is opvallend minder mailverkeer.’ Buursink: ‘De lijn van ontmoeting en samenwerking trekken we ook door naar onze eigen organisatie.’

Aschwin Bergsma (linker foto) van welzijnsstichting Alifa coördineert de werkzaamheden van een fietswerkplaats waar kwetsbare jongeren werkervaring kunnen opdoen. ‘Jongeren leren hier niet alleen hoe ze fietsen moeten repareren, maar werken ook aan hun sociale vaardigheden: hoe ga je met klanten om, hoe maak je afspraken en hoe kom je die na?’ Alifa Bike Works wil op den duur 60 procent eigen inkomsten genereren en draait verder op subsidie van de gemeente. Foto rechts: De eerste indoor skatebaan van Enschede heeft een plek gevonden in Gebouw Oost.

‘Iedereen heeft een commercieel huurcontract, dat voorkomt  discussies’
Aedes-Magazine 2018/1 » 29» leefbaarheid « «

LOKALE LOYALITEIT?

In Apeldoorn organiseren de vier corporaties die daar werken elke twee jaar een grote bijeenkomst voor belanghouders. Lokale politici waarderen deze middag erg en zijn ruim aanwezig. Deze keer wilden wij met hen praten over de thema’s ‘kwetsbare wijken’ en duurzaamheid. Na het gezamenlijke begin, vond ik mezelf met meerdere raadsleden terug aan een gesprekstafel over duurzaamheid. De openingszin van het VVD-raadslid was dat de ambitie van de corporaties hem aangenaam verraste. Leuk om te horen. Natuurlijk was de vervolgvraag van de raadsleden of er niet nóg een tandje bij kon. ‘Zeker’, antwoordde ik. ‘Wel twee. Maar daar hebben we jullie dan bij nodig.’ En zo kwam het gesprek op de verhuurderheffing, de vennootschapsbelasting, de (dubbele) passendheidstoets, de beknellende regeldruk, de parameters van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw en zo meer. Dat soort gesprekken voeren wij vermoedelijk allemaal regelmatig. Elke keer weer vallen mij dan een aantal dingen op. Gemiddeld genomen zijn lokale politici verbaasd over de omvang en de impact van de Haagse heffingen. Dat vanaf 2020 zo’n 25 procent van de huur opgaat aan verhuurderheffing en vennootschapsbelasting… Ze hebben meestal geen idee. Dat de lokale duurzaamheidsambities decennia eerder zijn te realiseren als die heffingen worden afgebouwd of omgevormd… Ook daarvan hebben ze meestal geen idee. Vervolgens mondt het gesprek zeer regelmatig uit in de vraag wat ze voor ons in Den Haag kunnen doen. Lokale politici, is mijn conclusie, zitten gevangen in een loyaliteitsdilemma. Enerzijds volgen ze de ideologische Haagse partijlijn. Anderzijds zien ze de vaak contraproductieve lokale consequenties. Onlangs werd dat weer prachtig geïllustreerd. Terwijl de voltallige gemeenteraad van Brummen mij met klem verzocht alsjeblieft niet alle vrijesectorwoningen te verkopen, werd in Den Haag de motieKoerhuis aangenomen. Die stelde feitelijk dat corporatiedirecteuren die vrijesectorwoningen houden (ik citeer Koerhuis in De Telegraaf) ‘zichzelf verrijkende bazen’ zijn. Dat kan toch niet de bedoeling zijn.

Ik vraag lokale politici niet om hun partijloyaliteit op te geven. Wel nodig ik ze van harte uit om samen nadrukkelijker een ander lokaal geluid te laten horen in Den Haag. Daar wordt iedereen beter van. En de sfeer knapt er ook nog eens enorm van op.

MarcodeWildeisdirecteur-bestuurderVeluwoneninEerbeek. marco.dewilde@veluwonen.nl
‘Van een nadrukkelijk lokaal politiek geluid in Den Haag wordt iedereen beter’
Aedes-Magazine / » column « FOTO:

slimmer en beter voor elkaar

VERNIEUWENDE PRAKTIJKVOORBEELDEN Woningcorporaties werken aan goed en betaalbaar wonen in Nederland. Dat doen ze door samen te werken en te innoveren. Dit keer voorbeelden uit Alphen aan den Rijn, Nijkerk en Panningen. Zie ook www.aedes.nl/vernieuwingsagenda.

Doelen en resultaten digitaal

Woonforte heeft het afgelopen jaar een missie, visie en strategie opgesteld en uitgewerkt in het jaarplan voor 2018. Het geheel is compact bijeengebracht in een digitaal instrument op de website. Volgend jaar verschijnen hierin ook de resultaten van de woningcorporaties.

De fusie van wonenCentraal en Trifolium was aanleiding voor een nieuw ondernemingsplan. Woonforte (11.000 huurwoningen in Alphen aan den Rijn) begon met inspiratiesessies en ontwikkelde samen met interne en

externe betrokkenen stapsgewijs een missie, visie en strategie die aangeeft hoe de corporatie wil bijdragen aan een betere wereld. Woonforte vertaalde dit vervolgens in concrete acties. ‘Natuurlijk maakten we vroeger ook jaarplannen en jaarverslagen’, zegt Suzan Knipp, manager Strategie, vastgoedsturing & communicatie. ‘Maar met deze tool maken we in een keer inzichtelijk waar we voor staan. Het werkt twee kanten op: we maken ideeën concreet en we kunnen aangeven waarom we iets doen. De gewenste resultaten zijn geformuleerd en daar-

over gaan we ons volgend jaar verantwoorden.’

De digitale tool is eind 2017 op de website geplaatst. Individuele huurders zullen het niet heel uitgebreid bekijken, denkt Knipp. Maar de huurdersorganisatie en gemeente zijn wel enthousiast. Om zo’n tool te maken, moet je doelen kort en bondig verwoorden. De applicatie is geïntegreerd in de website. Zo is-ie altijd bij de hand.

Bekijkdedigitaletoolopwww. woonforte.nl/mvs.

»
« Aedes-Magazine / 

» slimmer en beter voor elkaar «

Praktijkervaring voor praktijkonderwijs

Leerlingen van een school voor praktijkonderwijs helpen Woningstichting Nijkerk (WSN) met opruimklussen. De leerlingen doen werkervaring op buiten school en medewerkers van WSN houden meer tijd over voor ander werk voor een goed woon- en leefklimaat.

Een team van drie leerlingen met een begeleider haalt grof vuil dat is achtergelaten in algemene ruimtes en rondom de flats op bij beheerders. Het opruimteam brengt het met een bus naar een afvalverwerker. WSN betaalt de kosten voor de vuilstort, lokale ondernemers de bus. ‘Dit is een manier om onze maatschappelijke verantwoordelijkheid in te vullen’, zegt leefbaarheidsmedewerker Alie Vierhouten. ‘Een bijkomend voordeel is de bewustwording bij leerlingen dat rommel weer rommel aantrekt.’

De samenwerking begon in oktober en de eerste ervaringen zijn positief. Op termijn wil WSN de opruimteams in meer complexen inzetten.

Woningstichting Nijkerk heeft meer maatschappelijke samenwerkingsprojecten. Zo ligt de postbezorging bij een sociale onderneming die cliënten begeleidt richting arbeid. Daarnaast zijn er gesprekken over het tuinonderhoud.

Simpele handigheidjes in Huis van Morgen

Al 2.000 mensen bezochten het Huis van Morgen in Panningen. In deze voorbeeldwoning zijn allerlei verbeteringen te zien, die langer thuis wonen mogelijk maken. Geen hightech maar kleine slimmigheidjes.

‘Je moet er maar opkomen’, zegt Inge Nabbe, senior medewerker Leefbaarheid van Wonen Limburg. Samen met gemeente Peel en Maas, twee zorgpartijen en de Rabobank nam de corporatie drie jaar geleden het initiatief voor de voorbeeldwoning. Twee projectleiders bedenken steeds nieuwe verbeteringen, die huurders of hun mantelzorgers zelf kunnen toepassen. Rode tape langs de deur en de deurklink, zodat die goed vindbaar is voor slechtzienden. Lades onder de wasmachine voor wassen zonder bukken. Klossen onder het bankstel. ‘Het Huis van Morgen klinkt misschien futuristisch, maar dat is het juist niet’, zegt Nabbe. ‘De kracht zit vooral in de superslimme, goedkope en makkelijk toepasbare ideeën.’

De initiatiefnemers en donateurs delen de kosten. Vrijwilligers verzorgen rondleidingen aan ouderen, hun mantelzorgers, maar ook professionals en studenten. Wonen Limburg stelt de woning beschikbaar. Nabbe: ‘Dat doen we natuurlijk niet zomaar. We zijn overtuigd van het nut van de laagdrempelige voorbeeldwoning.’


Aedes-Magazine /
 » goedemorgen « Aedes-Magazine /

goedemorgen

Commissaris bij Beter Wonen IJsselmuiden JANITA TABAK

Erop toezien dat de woningcorporatie een goede koers vaart en het bedrijf gezond houdt. Daar is de commissaris verantwoordelijk voor. Deze keer drinken we koffie met commissaris Janita Tabak in Kampen, terwijl Droppie de kat rondjes door de kamer rent. ‘Als voorzitter ontregel ik graag.‘

De corporatiesector was nieuw voor Janita Tabak toen zij in 2011 voor het eerst aantrad als wethouder in Kampen. Tabak. ‘In dat ambt ben ik gaan zien dat we in Nederland veel te danken hebben aan onze sociale woningbouw: stedelijke kwaliteit, gelijkwaardigheid tussen mensen. Corporaties vertegenwoordigen een enorme kracht. Hoe uniek dat is in Europa realiseer je je pas als je je erin verdiept.’ Sinds 2014 gebruikt Tabak haar kennis van de volkshuisvesting in haar rol als huurderscommissaris bij Beter Wonen in IJsselmuiden. Tabak voelt zich niet de vooruitgeschoven post van de huurders. Wel hecht ze aan goed contact met huurders. Niet alleen in de formele overleggen met de huurdersvereniging. ‘Jaarlijks gaan mijn collega-commissarissen en ik bij een paar huurders op de koffie. Dan neem ik een zelfgebakken taart mee. Het blijft leuk om te zien hoe mensen wonen en hun ervaringen te horen.’

BELLEN EN MAILEN

Ook in contact met de corporatie wil Tabak de afstand zo klein mogelijk houden. ‘Hoe meer afstand er is, hoe groter de kans dat je dingen mist.’ De RvC spreekt niet alleen het managamentteam jaarlijks, maar ook de rest van de organisatie. ‘Het is nog nooit nodig geweest, maar ik wil dat alle mede-

»
« Aedes-Magazine /
»

werkers – niet alleen de managers – zich vrij voelen om me te bellen of te mailen mocht er iets aan de hand zijn.’ Wel vanuit rolbewustzijn. Een commissaris is geen onderdeel van het team. ‘Ik kom om informatie te halen. Om te peilen en om een relatie te onderhouden. Dat is een heel andere rol dan die van de directeur-bestuurder.’

Vertrouwen ontstaat in een gezonde werkrelatie en onderlinge verstandhouding. Tabak ziet het als de kern van haar werk om daar voortdurend aan te bouwen. ‘Het gaat om mensen. Om sensitiviteit. Op papier kan je zoveel regelen als je wil. Gedrag regel je er niet mee. Ook niet met de voor RvC’s verplichte geschiktheidsmatrix van de Autoriteit woningcorporaties.’ Kaders spreek je af om veiligheid te waarborgen in tijden van zwaar weer. De RvC spreekt bijvoorbeeld jaarlijks met het managementteam. Het verslag daarvan gaat niet naar de directeur-bestuurder, vertelt Tabak. Om er zeker van te zijn dat de MT-leden zich helemaal vrij voelen om te kunnen zeggen wat zij denken, onder alle omstandigheden.

ROUTINES EN PATRONEN

Juist door oog te hebben voor de mens achter de rol en te zorgen voor een goede sfeer tijdens vergaderingen, ontstaat er ruimte voor een stevig gesprek en goede besluitvorming, merkt Tabak. ‘En als voorzitter ontregel ik graag een beetje. Als

JANITA TABAK (47)

Huurderscommissaris en voorzitter RvC bij Beter Wonen IJsselmuiden. De raad van commissarissen heeft vijf leden, twee vrouwen en drie mannen.

WERK: Zelfstandig adviseur in de culturele sector

STUDIE: Theaterschool en Master kunstmanagement en -beleid Universiteit Utrecht WOONT IN: Kampen

REIST: per trein of met gebutste Renault Clio

In de periode

was Janita Tabak PvdA-wethouder in Kampen met wonen in haar portefeuille. Zij was lid van een VNG-klankbordgroep voor de nieuwe Woningwet.

Bij de gemeenteraadverkiezingen

is Tabak PvdA-lijsttrekker in Kampen en wordt waarschijnlijk weer raadslid. Daarom stopt zij als commissaris bij Beter Wonen.

je routines en patronen doorbreekt, dan ontspannen mensen meteen en zijn ze veel opener in een gesprek’, zegt Tabak. ‘Mijn theaterachtergrond komt me dan goed van pas.’

ACCOUNTANTSKOSTEN

Tabak is niet zo gelukkig met de tendens naar schaalvergroting door de eisen waaraan alle corporaties moeten voldoen, ongeacht hun omvang. ‘Kleine corporaties moet je juist koesteren omdat die juist heel goed producten, diensten en afnemers bij elkaar kunnen brengen.’ De maatvoering in regelgeving is voor kleine corporaties als Beter Wonen een beetje zoek. Zichtbaar kwaad maakt Tabak zich over de accountantsverplichtingen. ‘We zijn dit jaar met enorme accountantskosten geconfronteerd vanwege de verplichte waardering op marktwaarde. Daar zijn we als RvC met gestrekt been ingegaan. Je bent als maatschappelijke organisatie overgeleverd aan de woekertarieven van een volledig commerciële partij. Gedwongen door de overheid. Ik vind dat een slechte zaak.’

Dit jaar zwaait Tabak af bij Beter Wonen omdat ze waarschijnlijk weer raadslid wordt in Kampen. Dat is volgens de regels van de Governancecode. Tabak: ‘Maar ik ben vast van plan om buiten Kampen weer een commissariaat bij een corporatie te doen. Ik heb er veel plezier in een steentje bij te dragen aan het betaalbaar wonen.’

‘Je bent als maatschappelijke organisatie overgeleverd aan de woekertarieven van commerciële accountants’
-

» goedemorgen « « Aedes-Magazine / »

Slopen & Saneren

Nieuwe regels, nieuwe kansen.

Als groep van specialistische bedrijven leveren wij flexibel maatwerk bij calamiteiten en in de facilitaire dienstverlening.

Of het nu gaat om gevelreiniging, hulp na een calamiteit, glasbewassing of asbest saneren.

Dolmans staat voor u klaar.

De woningmarkt staat al tijden onder druk. Als woningcorporatie krijgt u voortdurend te maken met nieuwe regels. Op meer dan één gebied. Telkens moeten nieuwe keuzes gemaakt worden. Reden genoeg om een betrouwbare juridische partner te wensen die u hierbij kan ondersteunen. Een partner die u tijdig waarschuwt bij nieuwe ontwikkelingen. En u vertelt hoe u kunt voorsorteren.

De advocaten van Hielkema & co hebben zich volledig toegelegd op het vastgoed- en huurrecht en overzien het gehele speelveld. Zij kunnen u dan ook met solide kennis van zaken adviseren (en als het moet procederen) over zaken rond (ver)huur, (ver)koop, woonfraude, huurprijzen, algemene huurvoorwaarden, overlast, renovatie, bouw, projectontwikkeling en de regelgeving rond de volkshuisvesting.

Vertrouwde expertise

Hielkema & co kan bogen op meer dan 25 jaar ervaring in de praktijk van de volkshuisvesting. Wij komen graag bij u langs voor een kennismaking.

De Boelelaan 7, 1083 HJ Amsterdam Tel. 085 782 28 20 www.hielkemaco.nl

088 - 3656267 dolmans.com
vastgoed- en huurrechtadvocaten
Zeg het voort… zeg: Revoort!
BZN Sloopwerken en Asbestsanering gaat vanaf nu verder als Revoort
Wij werken vanaf nu onder een andere naam, met nog altijd dezelfde passie. Vanzelfsprekend zijn wij nog steeds dé partij voor sloop- en saneringswerkzaamheden, grondwerk, renovatieprojecten en calamiteiten.

HOE HEEFT DE RAAD ZIJN WERK GEDAAN?

In het jaarverslag legt de raad van commissarissen verantwoording af over het afgelopen jaar. Veel raden blijken te blijven steken in een formele rapportage met veel jargon. De prijs voor het ‘beste RvC-jaarverslag’ van de VTW en Berenschot wil daar verandering in brengen. ‘Het verslag moet meer vlees en bloed hebben.’

BESTE RVC-JAARVERSLAG
TEKST:
LISETTE VOS
» Aedes-Magazine / » toezicht «

Trots – maar ook tot haar verrassing – nam Nelleke Huisman, commissaris bij Kennemer Wonen, eind november 2017 de prijs voor het beste RvC-jaarverslag 2016 in ontvangst. Volgens juryvoorzitter Yasin Torunoglu, PvdA-wethouder wonen in Eindhoven, sprong het jaarverslag er in positieve zin uit, omdat de RvC inzicht geeft in de maatschappelijke afwegingen die de raad heeft gemaakt. Huisman: ‘We hebben de VTWhandleiding als basis gebruikt om het jaarverslag een beetje op te schudden. Mooi dat het is gelukt.’

Het jaarverslag, waarin de RvC verantwoording aflegt, is in de basis een formele rapportage, met vaste onderdelen als het toetsingskader en de samenstelling van de raad en het rooster van aftreden. De raad kan in het jaarverslag een stap extra zetten, stelt Huisman. ‘We besteden als toezichthouder veel aandacht aan plannen, de begroting, en de uitvoering. Het is ook belangrijk om je als RvC te verantwoorden en verbinding te leggen tussen de plannen en de uitvoering. Wat heb je gedaan, wat is gelukt én wat niet? En geef in het jaarverslag een verklaring.’

CREATIEF EN ORIGINEEL

Met de komst van de Woningwet en de Governancecode Woningcorporaties in 2015 zijn de eisen aan intern toezicht verscherpt. Dat geldt ook voor de verantwoording die de RvC van een corporatie moet afleggen. Een goed jaarverslag is daarvoor van belang. De prijs van de VTW en Berenschot voor het beste jaarverslag is bedoeld om de kwaliteit van het RvCjaarverslag te verbeteren. De VTW-handleidingRvC jaarverslagis hierbij een praktisch hulpmiddel, al moeten de raden volgens de jury óók een creatieve en originele invulling geven aan het jaarverslag.

Hildegard Pelzer van Governance Support heeft als jurylid – na een voorselectie op basis van een analyse van Berenschot – vijftien jaarverslagen gelezen en beoordeeld. Dat was, zo bekent ze, niet altijd een genoegen. ‘Veel verslagen zijn standaard, ze voldoen aan de formele eisen, en beschrijven vooral hoe vaak de raad bij elkaar is gekomen en dat met de belanghouders is gesproken. Maar dat zegt niet zoveel.’

DILEMMA’S

Pelzer vindt dat de meeste RvC-jaarverslagen meer vlees en bloed mogen hebben. ‘Ik wil een beeld krijgen van

TIPS VOOR RVC-JAARVERSLAG

WINNENDE RVC-JAARVERSLAG: KENNEMER WONEN

RvC van Kennemer Wonen is de winnaar

Yasin Torunoglu, PvdA-wethouder wonen in Eindhoven, Hildegard Pelzer, directeur van Governance Support en Peter Hendriks, journalist van Follow the Money.

Het winnende RvC-jaarverslag is hier te lezen: www.kennemerwonen.nl/ bestuursverslag/ (vanaf pagina 44).

hoe de raad haar werk heeft gedaan. Wat waren de belangrijkste thema’s en hoe heeft de raad gehandeld, wat waren de dilemma’s en afwegingen? Dan gaat het jaarverslag meer leven.’ Ze erkent dat het voor de RvC lastig kan zijn om een inhoudelijker verslag te schrijven. ´Informatie over bijvoorbeeld de gekozen strategische koers hoort eerder in het jaarverslag van het bestuur thuis. Daarin moet de raad de balans vinden. Maar het kan wél, zoals blijkt uit het winnende jaarverslag.´

Philippe Sprenger, van Berenschot, deelt die visie. Volgens hem moet het in het jaarverslag meer gaan over wat de RvC vindt. ‘Ik noem het thema statushouders. Veel corporaties zijn indertijd overvallen toen zij die groep moesten huisvesten. Dat was een ingewikkeld en lastig vraagstuk. Hoe heeft de RvC hierin gehandeld?

De dilemma’s kan je dan toelichten. Dat hoeft niet heel uitgebreid, dat kan in een paar zinnen. Je laat dan zien dat je als raad vinger aan de pols houdt.’

OPENHEID VAN ZAKEN

Het jaarverslag is een instrument om meer openheid van zaken te geven, maar het is aan de raad zelf wat zij wel of niet opschrijft. Pelzer heeft als jurylid andere documenten, zoals de beoordelingsbrief van de Autoriteit woningcorporaties en het visitatierapport, geraadpleegd om te checken welke thema’s bij de

»
1 Pak de VTW-handleiding erbij 2 Vermijd jargon 3 Gebruik beeldmateriaal 4 Geef inzicht in dilemma’s en afwegingen Lees meer in de VTW-handleiding: www.vtw-publicaties.nl/verslag-van-de-rvc/
De
van de prijs Beste RvC jaarverslag 2016, van de VTW en Berenschot. De jury bestond deze keer uit juryvoorzitter
 Aedes-Magazine / » toezicht «

corporaties hebben gespeeld. ‘Als je een jaarverslag leest, weet je niet wat je mist. Als ik in het visitatierapport lees dat belanghouders stevige kritiek hebben op de communicatie van de corporatie, en ik vind daarvan niets terug in het RvC-jaarverslag, dan vind ik dat opmerkelijk. Wat heeft de RvC hiermee gedaan? Dat wil ik weten.’

En dan de vraag: wordt het RvC-jaarverslag ook gelezen? Het verslag is niet alleen bestemd voor onder meer de Autoriteit woningcorporaties, maar voor alle belanghouders, onder wie de huurders. De kans is groot dat niet iedereen de inhoud kan volgen, stelt Sprenger van Berenschot. ‘Sommige jaarverslagen zijn erg lastig om te lezen, met veel jargon, en met een tekst die niet sprankelend is. Vaak is een jaarverslag ook visueel niet aantrekkelijk. Met lange teksten, en weinig of geen beeld. Dat nodigt niet echt uit om te gaan lezen.’

WAT WIL DE LEZER WETEN?

Volgens jurylid Hildegard Pelzer is het moeilijk om na te gaan wie het RvC-jaarverslag leest en hoe vaak het

wordt gelezen. Zij pleit voor onderzoek naar wat de lezer wil weten. ‘Ik ontving van een opdrachtgever waarvoor ik eerder had gewerkt een enquête over het jaarverslag. Ze wilden weten of ik het verslag las en wat ik interessant vond om te lezen. Dat vind ik een goed idee. Want vaak heb je daar geen zicht op. En welke informatie is voor welke doelgroep interessant? Dat weet je ook niet echt.’

Commissaris Huisman van de RvC van Kennemer Wonen, die de prijs voor het beste jaarverslag won, kan ook niet zeggen hoe vaak het winnende verslag wordt gelezen. ‘We sturen het naar de belanghouders en het staat op de website van Kennemer Wonen. Wij worstelen nog een beetje met de vraag hoe we het jaarverslag voor alle betrokkenen interessant kunnen maken. Daar kunnen we bij de VTW nog eens goed naar kijken. Er staan natuurlijk veel verwijzingen naar wet- en regelgeving in het jaarverslag. De gemiddelde lezer gelooft dat allemaal wel.’

SCHERP

Los van de vraag hoe de buitenwereld het RvCjaarverslag oppikt, dient de schriftelijke verantwoording in ieder geval een intern doel, stelt jurylid Pelzer tot slot. ‘Je staat nog een keer stil bij hoe je het als raad het afgelopen jaar hebt gedaan. Dat houdt je scherp.’ «

 Aedes-Magazine / » toezicht « »

‘RGS-partners zijn de oren en ogen van onze corporatie’

EMMEN – Gerard van der Veen, senior projectlei der vastgoedbeheer bij corporatie Domesta uit Emmen, is vol lof over resultaatgericht samen werken (RGS) bij planmatig onderhoud bij zo’n 4.500 huurwoningen. ‘De communicatie tussen de onderhoudsbedrijven, die onze ogen en oren zijn geworden, en onze huurders is sterk verbeterd’, zegt Van der Veen. ‘We hoeven er als Domesta eigenlijk niet meer aan te pas komen. Dat is voor mij de grootste winst van RGS.’

De ervaring met aanbeste den heeft Domesta geleerd dat niet altijd de kwaliteit werd behaald die wel werd gevraagd. Verder groeide de behoefte om samen met onderhoudsbedrijven de uitdaging aan te gaan voor slimmer werken om op onder houdskosten te besparen. Al zoekende volgde Van der Veen een RGS-cursus bij TNO. “Dat zorgde ervoor dat wij uiteinde lijk in 2011 de overstap naar RGS maakten,” aldus de projectleider. “Destijds selecteer den we vijf onderhoudspartners. Negen jaar lang zijn zij verant woordelijk voor de complexen die we aan hen hebben toever trouwd. Bij hen zoeken we innovatie om op onderhouds kosten te besparen. Met het lef om eens niets te doen. Het enige criterium is dat een gevelelement zijn functie niet mag verliezen. Zo kunnen de onderhoudscycli

wellicht opgerekt worden van zeven jaar naar acht of wel negen jaar.”

Beter, slimmer, goedkoper

Het resultaat is dat er nu bijvoorbeeld minder donkere verfkleuren worden gebruikt, omdat die sneller degraderen. En gevels worden voorzien van nano-coating om de reinigings kosten van algenaanslag te reduceren. “RGS levert ons een besparing op van 13% tot 15%, we krijgen de kwaliteit die vooraf afgesproken is en de bewonerstevredenheid neemt ook nog eens toe,” klinkt het enthousiast. “Ik kan het echt iedereen aanraden. Het benadert stilaan ons ideaal. Dat is dat onze onderhoudspartners zélf met ideeën komen hoe het nog beter, slimmer en goedkoper kan. En dat ze er tegelijkertijd voor zorgen dat onze huurders met die voorstellen instemmen. Dat kan alleen als er een vast team per onderhoudsbedrijf bij de huurders over de vloer komt. Dat is een eis van ons om verbinding te realiseren. Om zo alles ook in samenspraak met onze huurders te doen.”

Resultaatgericht samenwerken (RGS) bij planmatig onderhoud bij zo’n 4.500 huurwoningen van corporate Domesta in Emmen

En het gaat steeds beter. Tot 2014 was er nog strikt werkin houdelijk onderling overleg over onderhoud aan de buitenschil. Daarna zien we dat onze huurders ook meldingen doen over onder andere slecht sluitende ramen en vochtplek ken in de douche. Het is prachtig dat de onderhoudsbe drijven deze wensen aan ons

terugkoppelen. Ze zijn onze oren en ogen. Tot slot: onze huurders hebben ook een stem als we via RGS onderhoudsgeld overhouden. Zo kreeg een regionale kunstenares bijvoor beeld de opdracht om de trappenhuizen op te vrolijken. RGS: ik raak er niet over uitgepraat.” 

De winst van RGS bij Domesta

• Domesta krijgt de kwaliteit die vooraf afgesproken is

13% tot 15% besparing op onderhoudskosten over de komende 9 jaar

• Bewonerstevredenheid stijgt van een 6 naar een 8

• Onderhoudsbedrijf stemt alles af met de huurders

• Huurders hebben stem in besteding bespaard geld

Verzekerd van resultaat met een VGO-bedrijf

 Gerard van der Veen, senior projectleider vastgoedbeheer:

‘Onze onderhoudspartners ko men zélf met ideeën hoe het nog beter, slimmer en goedkoper kan.’

Huurders meer betrokken Nu, zes jaar na dato, steeg de bewonerstevredenheid van een 6 naar een 8. Domesta krijgt nog maar sporadisch telefoon tjes van huurders. Eigenlijk loopt alles via de onderhouds partners. “We hebben er nauwelijks omkijken naar,” stelt Van der Veen vast. “Zo goed is de onderlinge communicatie.

Met resultaatgericht samenwerken (RGS) kunt u tot wel 20% besparen op directe kosten en tot wel 50% op indirecte kosten. Deze werkwijze leidt ook nog eens tot een betere kwaliteit, een snellere doorlooptijd en een hogere bewonerstevredenheid. Voor vastgoedonderhoudsbedrijven, die de kunst van het resultaatgericht samenwerken verstaan, bestaat een erkend keurmerk. Dat is het VGO-keur. Op www.vgokeur.nl vindt u alle details én vastgoedonderhoudsbedrijven met het VGO-keur bij u in de buurt.

ADVERTENTIE

VASTGOEDVERDUURZAMING

Verduurzaming is misschien wel het meest impactvolle thema voor woningcorporaties de komende jaren. Een thema met vele facetten, contexten en stakeholders die allemaal om voorrang lijken te vragen. Innoforte, BDO en Trevian hebben hun kennis en expertise gebundeld in een integrale aanpak waarbij gebruik wordt gemaakt van het Vastgoedverduurzamingsmodel, het Caldomus Rekenmodel, en een beproefd inkoopproces, om u van strategie tot realisatie te ondersteunen met uw verduurzamingsopgave.

Vastgoedverduurzaming, want ambities realiseren doe je samen.

Neem voor meer informatie contact op met één van onze specialisten.

Pieter de Boer RA RO CRMA Senior Manager Tel: +31 6 26 60 26 52 pieter.de.boer@bdo.nl Harco Bouwman Partner Tel: +31 6 51 04 70 77 h.bouwman@trevian.nl Wim Mans Directeur Tel: +31 6 51 99 67 64 wim.mans@innoforte.nl

de stelling

TEKST: JOSÉ DE VREEDE

Soepeler regels voor mus en vleermuis een goede zaak

‘Niet minder streng, wel slimmer en goedkoper’

‘De bedoeling van de gedragscode is om goed beheer van flora en fauna op een slimmere manier te bereiken. Voordat we woningen renoveren, spreken we precies af wat we gaan doen. Omdat er overeenstemming is over de maatregelen en voorzieningen voor de vogels en vleermuizen, hoeven bouwers die onder NOM Keur werken geen vergunning meer aan te vragen. Voordeel: een natuurvriendelijk en voorspelbaar (bouw)proces, dat ook nog eens significant goedkoper is. Maar blijft staan dat wie zich niet aan de spelregels van de code houdt zijn NOM Keur verliest en zich schuldig maakt aan een strafbaar feit. Dus niet minder streng, maar wel veel beter, slimmer en goedkoper.’

LeenvanDijke,voorzitterStroomversnelling

‘Laat nieuwe regels gelden voor alle renovaties’

‘De nieuwe gedragscode geldt vooralsnog alleen bij nul-op-de-meter-renovaties. Als wij als corporaties onze duurzaamheidsambities willen realiseren, is het een goede zaak om de minder strenge eisen ook toe te passen op alle overige duurzaamheidsgerichte onderhoudsactiviteiten. De huidige regelgeving blijft ingewikkeld en tijdrovend en leidt tot vertragingen die we ons niet

Woningen die een nul-op-de-meterrenovatie ondergaan worden voortaan standaard voorzien van nestkasten. Dat bepaalt de nieuwe gedragscode Natuurinclusief renoveren. Beschermde soorten vinden zo makkelijker een nestplek en de verduurzaming loopt minder vertraging op.

kunnen veroorloven. De toepassing van de Wet Natuurbescherming is verworden tot bureaucratisch, juridisch precisiewerk, wat op korte en lange termijn niet in het belang is van de flora en fauna in Nederland.’ MaartenvanGessel,directeur-bestuurder WoningcorporatieHetGooienOmstrekenin Hilversum

‘Geen vrijbrief voor corporaties’

‘De nieuwe gedragscode is een doorbraak, maar nog een kleine stap. Door bij nul-opde-meter renovaties standaard voorzieningen op te nemen voor vogels en vleermuizen, zorg je ervoor dat er altijd nestplaatsen voor hen beschikbaar zijn. Toch is de code niet per se minder streng, het is zeker geen vrijbrief voor corporaties. De

nieuwe Wet Natuurbescherming leent zich voor dit soort proactieve natuurbescherming. Wat ons betreft mag deze aanpak gaan gelden voor alle renovaties. Als Vogelbescherming hebben we actief meegewerkt aan de ontwikkeling van de gedragscode en we zijn tevreden met het resultaat. Nu moet de gedragscode echter nog wel goed worden nageleefd.’ JipLouweKooijmans,teamhoofd VogelbeschermingNederland

‘Meer kennis nodig over effect van maatregelen’

‘Natuurinclusief renoveren en bouwen zijn geweldige ontwikkelingen. Hierdoor kunnen mensen in hun directe woonomgeving blijven genieten van de natuur. Wij zien de nieuwe regels vooral als praktisch beter toepasbaar. Het doel blijft om kwetsbare natuur te behouden, niet om ontwikkelingen tegen te houden. Wij maken ons nog wel grote zorgen om het lot van de vleermuizen. Die zijn namelijk erg kwetsbaar en van veel maatregelen is nog niet bewezen of ze werken. We willen onze kennis daarover graag uitbreiden en daar kunnen woningcorporaties bij helpen. Het zou immers jammer zijn als de overheid toch weer terug moet grijpen op de strengere variant.’

Reageer op de volgende stelling via www.aedes.nl/destelling
»
« Aedes-Magazine / 
‘Nieuwe regels vooral praktisch beter toepasbaar’
*BEWONERS EN WONINGZOEKENDEN * ENERGIEZUINIGE
EN
DUURZAME
WONINGEN*
REGIONALE VERSCHILLEN * ENERGIEZU
VERNIEUWINGSAGENDA SAMEN KOM JE VERDER  » achtergrond « Aedes-Magazine /

achtergrond

In de Vernieuwingsagenda van Aedes werken woningcorporaties en samenwerkingspartners aan vernieuwing. Dat doen ze in ‘coalities’, samenwerkingsgroepen met daarin vertegenwoordigers van corporaties en partnerorganisaties. Wat gebeurt er in die coalities? En wat zijn de resultaten tot nu toe? Twee concrete resultaten en de weg ernaartoe uitgelicht.

TEKST: JOSÉ DE VREEDE, ILLUSTRATIE: AREND VAN DAM » Aedes-Magazine / »
«

achtergrond

»

Voorjaar 2017 zijn de coalities van de Vernieuwingsagenda van start gegaan in de eerste werkateliers. De coalitieleden zijn bestuurders en medewerkers van corporaties zelf, maar ook van kennisplatforms, brancheorganisaties en belangenverenigingen.

Ook leveranciers van software en andere diensten doen mee. Zij werken samen aan langetermijndoelen, maar om die te bereiken gaat elke coalitie aan de slag met een activiteit die iets concreets oplevert: samen zonnepanelen inkopen, een challenge organiseren, het maken van een leidraad opdrachtgeverschap of een modelcontract.

doel voor ogen. In mei 2018 treedt de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking. Deze nieuwe Europese privacywet brengt nieuwe verplichtingen met zich mee waar corporaties zich op moeten voorbereiden. Om hen daarbij te ondersteunen ontwikkelde deze werkgroep samen met de Privacy Company de AVG Routeplanner voor woningcorporaties. Die geeft inzicht in de belangrijkste wettelijke verplichtingen en legt concreet uit welke maatregelen een corporatie moet nemen om daaraan te voldoen. Bas Buitendijk, adviseur Informatiemanagement bij VVA-Informatisering begeleidde deze coalitie vanuit Aedes: ‘Er is veel belangstelling voor dit onderwerp bij corporaties en duidelijk behoefte aan een tool die corporaties helpt zich voor te bereiden op de nieuwe wet. Hoe die er precies uit moest komen te zien, was nog niet 100 procent helder. Daarom hebben we geïnteresseerde corporaties benaderd en bij elkaar gebracht.’

HELDER DOEL

Het langetermijndoel voor het thema Verduurzamen is duidelijk: alle corporatiewoningen in Nederland zijn in 2050 CO2-neutraal. Met dat einddoel voor ogen keek de coalitie Duurzaamheid naar wat corporaties nodig hebben om dat te bereiken. Het eerste resultaat is in oktober gepresenteerd: de RoutekaartCO2neutraal2050. Corporatiemedewerkers Afke Rond en Gerco Jonker werkten er aan mee. Met een groep van zo’n 15 à 20 corporatiemedewerkers kwamen zij in krap een half jaar tijd zes keer bij elkaar.

Afke Rond is projectmanager bij Woningstichting Barneveld: ‘Na een eerste kennismaking zijn we aan de slag gegaan. Dat er een hulpmiddel moest komen, waarmee corporaties een plan van aanpak voor CO2neutrale woningen konden maken, was van meet af aan duidelijk. Met het eindresultaat kunnen corporaties hun duurzaamheidsstrategie op lange termijn doorrekenen en een concrete planning maken.’ Ook een groep corporatiemedewerkers in de coalitie Digitalisering & informatievoorziening had een helder

Koksal Dulkadir, destijds privacy-officer van Woonzorg Nederland, las de oproep van Buitendijk op de website van Aedes en besloot zich meteen aan te melden. ‘Ik was al bezig met dit onderwerp en weet dat veel andere corporaties er ook mee worstelen. Meedoen met de coalitie betekent dat ik iets kan betekenen voor anderen. Zo hoeft niet elke corporatie het wiel opnieuw uit te vinden. Daarnaast is het altijd beter wanneer mensen uit de corporatiewereld zelf betrokken zijn, in plaats van dat buitenstaanders iets maken waar we niet mee uit de voeten kunnen.’

KRUISBESTUIVING

Corporaties verschillen nogal van elkaar als het om vernieuwing gaat. De ene corporatie loopt voorop met duurzaamheid, de ander is vooruitstrevend bezig met wonen en zorg. Dat merkten ook de deelnemers aan de coalities. Afke Rond van coalitie Duurzaamheid:

‘Je ziet duidelijk de verschillen tussen corporaties.

Een grote corporatie uit Amsterdam heeft een andere woningvoorraad dan een corporatie in Brabant. Die verschillen in problematiek vond ik erg interessant, het scherpt de gedachtevorming. Tegelijkertijd herken je elkaar meteen als collega’s, je spreekt dezelfde taal.’

In de coalities wisselen deelnemers met verschillende soorten functies kennis uit. Als adviseur Vastgoedsturing bij Groenwest leverde Gerco Jonker zijn bijdrage. ‘Ons team bestond uit beleidsmedewerkers en adviseurs op

‘Als we over kennis beschikken waar een andere corporatie van kan profiteren, dan houden we die niet voor onszelf’
46 »
« Aedes-Magazine 2018/1

het gebied van duurzaamheid, maar ook medewerkers dichter op de uitvoering deden mee, zoals een teammanager Vastgoedonderhoud. Als een van de weinigen met de functie die ook wel assetmanager wordt genoemd, vormde ik een goede aanvulling op het geheel.’

Hetzelfde beeld geeft de coalitie Digitalisering & informatievoorziening. Na de oproep van Buitendijk kwam een groep van zo’n 20 privacy- en informatiebeveiligingsspecialisten bij elkaar. ‘Vertegenwoordigers van allerlei verschillende afdelingen: juristen, informatiedeskundigen, ICT-ers, communicatiemedewerkers, zelfs iemand van archiefbeheer’, beschrijft Dulkadir het team. Buitendijk: ‘Het was voor het eerst dat we met zo’n grote groep vakgenoten op dit onderwerp bijeen waren. De eerste bijeenkomst was het nog even aftasten, maar al snel waren we het eens over de aanpak. We hebben drie leveranciers uitgenodigd om hun voorstel te presenteren. Vervolgens konden de deelnemers vragen stellen en meebeslissen door elke leverancier scores te geven. Dat leverde heel leuke sessies op, vol interactie, waarin we snel tot de essentie konden komen. Door kennis en ervaring uit te wisselen, was er echt sprake van kruisbestuiving.’

100 DINGEN PER WONING

Rond: ‘In het denkproces over CO2-neutraal dat we met elkaar doorgingen, merkten we vooral in het begin de verschillen tussen bijvoorbeeld beleidsmakers en technici. Als je aan beide kanten vraagt ‘welke gegevens heb je nodig om de route naar CO2-neutraal te kunnen uitstippelen’ krijg je totaal verschillende antwoorden. Techneuten willen wel 100 dingen per woning weten, terwijl beleidsmakers genoegen nemen met veel globalere informatie. Door in de werksessies met elkaar in gesprek te gaan, filter je wat echt belangrijk is. Daaruit kwam bijvoorbeeld dat het al dan niet hebben van een Warmtenet een essentieel kenmerk is. Als we niet met elkaar hadden samengewerkt, hadden we dat gemist.’ Haar coalitiegenoot Jonker ervaarde hetzelfde: ‘In bijeenkomsten van corporatiemedewerkers is er altijd wel discussie, maar we gunnen elkaar graag een kijkje in elkaars keuken. Als we over kennis beschikken waar een ander van kan profiteren, dan houden we die niet voor onszelf. De eerste bijeenkomsten was er zeker nog geen sprake van consensus, maar de laatste sessie waren we zelfs eerder klaar dan gepland. Toen had ik echt het

gevoel: we hebben het toch maar mooi voor elkaar gebokst om deze routekaart te realiseren, in een proces waar ieder zijn zegje heeft kunnen doen.’

‘Natuurlijk was er verschil van inzicht’, herinnert ook Buitendijk zich. ‘Maar we hebben de verschillende meningen en discussies niet als een obstakel ervaren. We hebben open met elkaar gepraat over bijvoorbeeld de keuze van de leverancier van de AVG Routeplanner.’ Een ander voorbeeld dat Buitendijk noemt, is het verwerken van de opmerkingen op de conceptversies. ‘Omwille van de tijd en toegankelijkheid hebben we niet alle details uit de review meegenomen. Ook daar hebben we open over gecommuniceerd.’

PRAKTISCHE WERKWIJZE

In de coalities leveren corporaties vooral de kennis. Aedes neemt het organisatorische deel voor haar rekening. Terwijl de coalitie Duurzaamheid het denkwerk voor de RoutekaartCO2-neutraal 2050 verrichtten, werden zij op praktisch gebied ondersteund »

‘We waren voor het eerst met zo’n grote groep vakgenoten op dit onderwerp bijeen’
 Aedes-Magazine / » achtergrond «

door adviesbureau Atrivé dat de resultaten van de werksessies uitwerkte. Rond: ‘Atrivé gaf het handen en voeten. Dat we dat deel van het uitvoerende werk zelf niet hoefden te doen, was een uitkomst. Als je in relatief korte tijd concreet resultaat wilt boeken, moet je niet te veel tijd verliezen.’

Ook de werkgroep die aan de AVG Routeplanner werkte, ervaarde de nodige tijdsdruk. De nieuwe privacywet treedt op 25 mei 2018 in werking. Ruim voor die tijd moest er een concreet resultaat liggen. ‘Om iedereen de gelegenheid te geven de concepten te bekijken en van commentaar te voorzien, hebben we gebruikgemaakt van een online samenwerkingsplatform in Sharepoint’, licht Buitendijk de praktische werkwijze toe. ‘Op een centrale plek hebben we alle documenten neergezet en de leden toegang gegeven. Zij konden de concepten daar van commentaar voorzien. Dat scheelde heel veel heen-en-weer mailen.’

KENNISOVERDRACHT

Voor de deelnemers aan de coalities staat het thema waar zij aan werken voorop. Voor sommige van die voorlopers gaat de vernieuwing nog niet hard genoeg. Het is de kunst om een eindproduct te maken dat bruikbaar is voor alle woningcorporaties, ook degene die minder ver zijn of door bijvoorbeeld financiële omstandigheden een minder hoog ambitieniveau hebben. ‘Uiteindelijk hadden we in onze werkgroep te maken met de realiteit’, gaat Rond in op de verschillen in (ambitie)niveau. ‘Het hoogste ambitieniveau dat we oorspronkelijk als “defaultwaarde” in het model wilden opnemen, bleek bij de bestuurders geen draagvlak te vinden. Nu is per situatie de meest gangbare route als default ingesteld. Uiteraard kunnen corporaties zelf voor een hoger ambitieniveau kiezen. De RoutekaartCO2neutraal2050is een instrument geworden dat niet te veel in detail gaat, maar juist de lange termijn in kaart brengt. Waar sta je als corporatie in het traject richting CO2-neutraal, wat heb je al gedaan, en waar ga je naartoe?’ Inmiddels hebben zowel Afke Rond als Gerco Jonker de training tot CO2-coach afgerond en staan zij klaar om andere corporaties te helpen op weg naar CO2neutraal in 2050.

WAT IS DE VERNIEUWINGSAGENDA?

niet stil blijven zitten. Om ook in de toekomst te zorgen voor goed en betaalbaar wonen, werken woningcorporaties samen aan ontwikkeling, vernieuwing en innovatie. Dat gebeurt sinds 2017 in de Vernieuwingsagenda. Zo’n 100 woningcorporaties en zestien partnerorganisaties zijn hard aan de slag.

In zes coalities zetten zij de plannen en ambities om in concrete activiteiten en producten. Thema’s zijn de belangrijkste maatschappelijke vraagstukken: Verduurzamen, Betaalbaar bouwen en wonen, Wonen en zorg, Digitalisering en informatievoorziening, Leefbare wijken en buurten, en Verbeteren bedrijfsvoering en veranderkracht.

De kracht van de Vernieuwingsagenda zit in de samenhang en verbinding van activiteiten, mensen en partners. De samenwerkingspartners zijn ActiZ, AFWC, Bouwend Nederland, CorpoNet, Het Corporatiehuis, FLOW, Kennisplatform Corpovenista, KWH, NVB, Platform31, Stekademy, Stroomversnelling, UNETO-VNI, VTW en Woonbond. www.aedes.nl/vernieuwingsagenda

Ook voor de coalitie Digitalisering & informatievoorziening houdt de samenwerking niet op na de presentatie van de AVG Routeplanner. Na de ontwikkeling van de routeplanner komt de groep nog steeds bij elkaar en worden er aanvullende producten ontwikkeld. Buitendijk: ‘Bij de lancering van de AVG Routeplanner waren bijna 100 corporatiemedewerkers aanwezig. De leverancier overhandigde het eindresultaat aan Aedes, die het vervolgens doorgaf aan een corporatiemedewerker. Dat staat voor mij symbool voor de overdracht van kennis. Dat proces gaat nu nog steeds door.’

MEEDOENBLIJFTMOGELIJK

Versterkingvandecoalitiesblijftwelkom.Wiltuook meedoenaanéénofmeercoalities?Ukuntzichnog steedsaansluiten.Wiemeedoetcommitteertzichals organisatieomactiefmeetewerkenaankennisdelingen samenwerken.Indepraktijkbetekentditdatuof iemandandersinuwcorporatieoforganisatieeenjaar langeenaantaluurperweekmeewerktaanhet realiserenvanéénofmeerdereambities.

Meerinformatieistevindenop:www.aedes.nl/ vernieuwingsagenda

De wereld om ons heen verandert steeds sneller. Woningcorporaties kunnen
«  Aedes-Magazine / » achtergrond « »

Waarom kiezen corporaties voor WIJ? één aanspreekpunt voor het hele aan -en verkooptraject; sturen op wet- en regelgeving (compliance); zicht op én beheersing van risico’s; complexmatig en/of aan- en verkoop per object; WIJ spreken de taal van de vastgoedwereld én de corporaties; ervaring met de aan - en verkoop van circa 25.000 woningen, 100.000 m² commercieel en maatschappelijk vastgoed.

Wie zijn WIJ?

WIJ aan- en verkoopmanagement is een onderneming van Jimmy Feitz MRE MRICS en Martin Peeringa QC MRE Twee vastgoedprofessionals met ieder ruim vijftien jaar ervaring in managementfuncties bij corporaties.

Aankopen of verkopen? wijverkoop.nl info@wijverkoop.nl Martin: +31 6 12 432 885 Jimmy: +31 6 53 403 764 Omdat u niet alleen asbest wilt saneren. Maar ook iets moois wilt opbouwen. • Sloopwerken • Asbestsanering • Renovatie/herstel U wilt geen half werk. U wilt niet alleen asbest saneren, maar ook weer iets moois opbouwen. En u wilt niet alleen een concurrerende prijs, maar ook vakmensen die hun werk verstaan. Man&Mach is asbestspecialist in Noord- en Midden Nederland en helpt u snel en vakkundig. Bij enkele panden, maar ook bij complete woningblokken. Samen werken we aan een gezonde en veilige woonomgeving.

JANFOKKEMA

16 min of meer persoonlijke vragen en 16 vragen over sociale huisvesting. Deze keer is het Jan Fokkema, directeur van de branchevereniging voor projectontwikkelaars NEPROM die blind de vragen kiest.

Uw buurmeisje van acht vraagt wat voor werk u doet. Wat antwoordt u?

‘Ik help andere mensen zodat zij mooie huizen, buurten en wijken kunnen bouwen.’

Waar werd u in het afgelopen jaar heel erg blij van?

‘Van twee dingen. Dat het zo goed op de woningmarkt gaat dat veel partijen weer actief zijn en dat we negen nieuwe leden, ontwikkelbedrijven, er bij hebben gekregen. Het tweede is privé: dat onze dochter van achttien, die sinds haar zevende in mijn leven is, heeft besloten om mijn achternaam te nemen.’

Wat maakt een wijk goed om in te wonen?

‘Dat moet je aan de mensen zelf vragen. Wij hebben als NEPROM het rapport RuimtemakenvoorhetNationaal Gelukgepresenteerd. Ik vind dat een wezenlijke vraag waar projectontwikkelaars, beleggers en bouwers mee bezig moeten zijn. Je moet woningen, wijken en buurten mooi willen maken en vaker met bewoners om tafel over wat zij goed en minder goed aan hun buurt vinden.’

Hoe woont u als u 85 bent?

‘Ik hoop dat mijn vrouw en ik dan nog gezond genoeg zijn om samen te wonen, heel dicht bij onze dochter en dat haar wens in vervulling gaat en ze minstens vier kinderen heeft en een bijbehorende echtgenoot in een kinderrijke woonwijk en ik zou het leuk vinden als we een heel groot huis met haar gezin delen.’

     » zestien uit tweeëndertig « Aedes-Magazine /

Hoeveel huurwoningen heeft Nederland nodig?

‘Ook dat moet je aan de mensen zelf vragen. Veel mensen hechten eraan een woning in bezit te hebben. Ja, er is een tekort aan middenhuur, maar een deel van de vraag komt ook van mensen die vanwege te strenge hypotheeknormen geen koopwoning kunnen krijgen. Dat moet anders.’

Aan welk huis bewaart u de beste herinneringen?

‘Aan mijn huidige huis in de Vinex-wijk, waar ik met mijn vrouw en dochter woon.’

Wat was uw laatste goede voornemen?

‘Om me minder gek te laten maken door het werk en meer te relativeren.’

Wat vindt u zo belangrijk dat u het wil meegeven aan de volgende generatie?

‘Een aantal dingen vinden we te vanzelfsprekend. Democratie en individuele vrijheid, bijvoorbeeld. Jongeren wil ik meegeven dat je moet blijven werken aan de basis daarvoor: wederzijds respect en wellevendheid.’

Hoe ervaart u uw dagelijks woon-werkverkeer?

‘Ik woon op tien kilometer afstand van mijn werk, maar ga meestal met de auto. Als ik een enkele keer niet in pak hoef, geen afspraken heb en het weer zit mee, ga ik op de fiets. Daar voel ik me eigenlijk het beste bij.’

Wat doet u op zaterdagochtend?

‘Uitslapen, de krant lezen, conditietraining op de sportschool en gezellig thuis zijn met mijn vrouw en dochter.’

Met wie zou u het liefst een uur in de lift vastzitten?

‘Het liefst helemaal niet. En zeker niet met mijn vrouw of dochter, want die gun ik dat claustrofobische gevoel niet. Zakelijk misschien met Diederik Samsom. Ik heb veel respect voor hem en wil weten hoe dingen zijn gegaan en wat we daar van kunnen leren.’

Stel u gaat op proef wonen in een corporatiewoning, waar zou u op letten?

‘Ik heb in Amsterdam in een corporatiewoning gewoond. Ik let op ruimte, licht, geluid, of het comfortabel voelt, dat je denkt: hier kan ik me thuis voelen.’

Waarover heeft u voor het laatst wakker gelegen?

‘Over mijn werk. Dat kan zijn omdat er nog iets moest, of omdat iets niet goed ging. Maar gelukkig is dat alweer een hele tijd geleden.’

Wat is het grootste probleem van de Nederlandse woningmarkt?

‘…Dan ben je je hele leven hiermee bezig en dan kom je er niet op. Het makkelijkste antwoord is dat er te weinig woningen zijn. Het ingewikkelde antwoord is dat we voor grote transities staan, zoals energie, mobiliteit, duurzaamheid, verdergaande globalisering en we nog geen idee hebben van waar we naar toe gaan met Nederland.’

Uit wat voor nest komt u?

‘Ik kom uit een gereformeerd gezin. Mijn ouders komen uit Friesland en ik ben geboren op de Veluwe. Ik heb drie zussen. Het was een fijn gezin en ik ben beschermd en veilig opgegroeid.’

Wat zou u doen aan de wachttijden voor een sociale huurwoning?

‘Dat vind ik een lastige. Veel mensen wonen nu nog in sociale huurwoningen, terwijl ze eigenlijk zouden moeten doorgroeien. Die moet je verleiden en zo nodig onder druk zetten om te verhuizen. Maak nieuwbouw voor de doorstroming met alle vormen van sociale huur, middenhuur en koopwoningen en ga eenzijdige wijken herstructureren zodat ook daar gemengde buurten ontstaan.’

Jan Fokkema (60) is sinds eind 1999 directeur van de NEPROM, branchevereniging voor projectontwikkelaars.

            » zestien uit tweeëndertig « Aedes-Magazine /

Air Excellent koppelt uw woning moeiteloos aan een gezond binnenklimaat!

Optimaal binnenklimaat met Air Excellent!

Ubbink Air Excellent luchtverdeelsysteem is een modulair systeem, dat geschikt is voor alle mechanische ventilatiesystemen met of zonder warmteterugwinning.

Voordelen:

Verlaging energieverbruik en geluidsniveau door lagere drukverliezen

Beperkte geluidsoverdracht, geluidsarm, geen kanaalaftakkingen

inregeling, bewoners kunnen dit niet aanpassen

Anti-statisch en anti-bacterieel

Ontwerpvrijheid door combinatiemogelijkheden ronde en halfronde kanalen

Hoeft niet ingestort, maar kan wel; flexibele huisvesting

Past op iedere ventilatie-unit, ongeacht het merk

TÜV SÜD gecertificeerd

Geschikt voor nieuwbouw en renovatie

gemak!

Ubbink, voor uw
www.ubbink.nl/optimaalbinnenklimaat Rond kanaalHalfrond kanaal
Het
• Professionele

regionale woningmarkten

VERKIEZINGSTIJD!

VIER WETHOUDERS, DRIE GEMEENTEN, DRIE THEMA’S

Gemeenten bereiden zich voor op de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart 2018. Net als woningcorporaties. Aedes-Magazine ging langs bij drie gemeenten en vroeg wethouders die ook voor hun partij op de kandidatenlijst staan, naar drie thema’s: woningbouw, duurzaamheid en het omgaan met mensen die iets meer zorg en aandacht nodig hebben.

 Aedes-Magazine / »
«
TEKST: ELSKE KOOPMAN, FOTO’S: JEROEN HORSTHUIS, SANDRA PEERENBOOM EN HARMEN DE JONG
»

regionale woningmarkten «

» JELLE ZOETENDAL, WETHOUDER IN HEERENVEEN, LIJSTTREKKER PVDA

‘Heerenveen groeit nog, terwijl er krimp is in sommige delen van Fryslân. We zien wel verdunning: meer alleenwonenden en minder kinderen’, zegt Jelle Zoetendal, wethouder in Heerenveen en PvdAlijsttrekker. De gemeente kijkt daarom hoe ze de voorzieningen op peil kan houden. Daarnaast heeft Heerenveen net als veel gemeenten te maken met lege kantoorpanden. Een aantal daarvan krijgt een nieuw leven als wooncomplex, zoals het voormalige belastingkantoor. De gemeente Heerenveen bestaat uit de stad zelf en een aantal kleine kernen eromheen.

kwam ook woningcorporatie Elkien in het gebied. Die had al een ambitieuze verduurzamingsoperatie op het programma en wij wilden de infrastructuur aanpakken.

Nu zijn we samen aan het werk en is Akkrum straks klaar voor de toekomst’, aldus een trotse wethouder.

Hij vindt het belangrijk dat de duurzame woningen voor iedereen zijn, juist ook voor mensen die minder hebben, omdat ze dan minder geld aan stookkosten kwijt zijn.

Meer betaalbare woningen

Wat in Heerenveen nog wel beter kan, is het aantal betaalbare huurwoningen. Dat heeft zijn partij, de PvdA, tot belangrijkste punt voor de komende verkiezingen gemaakt. Het voorstel is de komende jaren 200 betaalbare huurwoningen erbij te bouwen.

‘Dat is ook een van de redenen geweest voor het ombouwen van Belkanto het belastingkantoor tot wooncomplex. Een deel is voor begeleid wonen, mensen met een beperking die niet zelfstandig kunnen wonen, en de rest voor huurders die minder verdienen dan gemiddeld. We merken dat het voor die groep nu vaak lastig is om snel een passende huurwoning te vinden. Wij gaan aan corporaties vragen hiervoor te zorgen’, zegt de PvdA-lijsttrekker.

De trek van mensen naar de grotere plaats is zichtbaar. Vooral bij jongere mensen. In de hele gemeente is nog wel behoefte aan nieuwbouw en zijn woningcorporaties, particuliere eigenaren en gemeente druk met het verduurzamen van woningen. Ouderen willen net als in de rest van Nederland het liefst zo lang mogelijk zelfstandig wonen. ‘Daarmee proberen we rekening te houden. In onze woonvisie staat ook dat we de overgang van revalidatie naar huis zo soepel mogelijk willen maken.’

Verduurzaming

Zoetendal kende de corporatiewereld al uit zijn verleden als ingenieur. ‘De samenwerking tussen corporaties en de gemeente Heerenveen is altijd goed geweest, bijvoorbeeld bij de herstructurering van oude wijken en in de sociale wijkteams. De laatste tijd zijn de gezamenlijke inspanningen vooral gericht op verduurzaming’, zegt Zoetendal. Sinds de gemeentelijke herindeling van 1 januari 2014 hoort ook de dorpskern Akkrum bij Heerenveen. Daarmee

Volgens hem is er ook behoefte aan woningen voor mensen met een gemiddeld inkomen, ‘maar daar zorgen de projectontwikkelaars en beleggers wel voor’. Het streven van de corporaties in Heerenveen is om iedereen zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen 35 weken aan een passende huurwoning te helpen. Afhankelijk van de voorkeur kan dit wel oplopen. ‘Te vaak hoor ik nog op verjaardagsfeesten dat zoon of dochter te lang moet wachten op een woning in de gewenste wijk en dat daarom uitwijken naar andere gemeenten. Dat moet anders’, zegt de lijsttrekker.

Kwetsbare groepen

In de afgelopen periode was Zoetendal als wethouder Zorg betrokken bij ouderenhuisvesting en huisvesting van kwetsbare groepen. ‘We zijn met corporaties gaan zoeken naar de rolverdeling bij personen met verward gedrag. Daarbij gingen we uit van veiligheid voor de persoon in kwestie en de omgeving, de juiste zorg voor iedereen. We hebben nu de Opstapper: een woonvorm om mensen uit de maatschappelijke opvang weer zelfstandig te laten wonen’, zegt de wethouder. In zijn gemeenten zijn een paar plekken voor beschermd wonen. ‘We moeten samen met de geestelijke

»
‘Heerenveen groeit nog, maar we zien wel meer alleenwonenden en minder kinderen’
54 »
Aedes-Magazine 2018/1
Aedes-Magazine / » regionale woningmarkten « 

regionale woningmarkten «

»gezondheidszorg kijken hoe we die mensen een plek kunnen bieden waar ook de omgeving het aankan. Dat vraagt een goede coördinatie en afstemming met de buurt’, zegt Zoetendal.

De lijsttrekker hoopt op meer saamhorigheid onder de inwoners van zijn gemeente over vier jaar. ‘Dat we beter met elkaar kunnen communiceren, met een hand op de schouder of met een kort gesprek en dat we voor iemand die verward is niet meteen de politie bellen. De overheid en de politie kunnen niet alles, we moeten het met zijn allen doen’, besluit Zoetendal.

en gemeente komt er één aanspreekpunt per cliënt. ‘Als het even niet meer gaat en ze hebben een terugval, dan verliezen zij niet meteen hun huis en inkomen en dat geeft verlichting en rust’, aldus de wethouder.

Kagie bekrachtigt deze afspraken op 1 maart 2018 met de bestuurders van de betrokken partijen. Dan zijn er harde afspraken over het doorlopen van het huurcontract en de uitkering, maar ook over de contactpersoon en een meerjarenbeschikking, zodat de cliënt niet uit zicht verdwijnt. ‘Nu zijn vaak de politie en de corporaties de dupe, want die worden het eerst gebeld. De contactpersoon van de cliënt kan nu ingrijpen voor het te laat is en houdt ook buren betrokken. Want iemand zomaar in een huis doen, dat willen we niet meer’, aldus Kagie.

Bouwen

Zijn collega-wethouder Eric Logister gaat over wonen en is lijstduwer voor D66. ‘Ik wil wel door als wethouder, maar niet in de raad en ik wil duidelijk zijn’, aldus de lijstduwer. ‘Wij zijn een groeiende gemeente en dat betekent grote opgaven voor de stad, we moeten meer huurwoningen toevoegen, verduurzamen en bestaande woningen omvormen’, zegt Logister.

De gemeente ’s-Hertogenbosch maakt echt werk van veilig wonen voor iedereen. Samen met woningcorporaties en zorginstellingen komen er keiharde afspraken over de terugval van mensen met psychiatrische en psychische klachten. De huurwoning en de uitkering blijven, zodat ze niet zonder zitten als het weer wat beter gaat. Wethouder Paul Kagie, tevens lijsttrekker van Leefbaar ’s-Hertogenbosch en Rosmalen vond dat de hardheid van de prestatieafspraken hierbij te wensen overliet: ‘We leven in een convenantencultuur en u weet wat er dan gebeurt: helemaal niets.’ Daarom vond hij het tijd voor keiharde afspraken vastgelegd in een handvol spelregels waar alle betrokkenen zich aan moeten houden. Vanuit de betrokken organisaties, dus zorgaanbieders, corporaties

De komende vijf jaar moeten er 700 woningen bijkomen in de gemeente. De bouwopgave is 1.500 woningen, maar een deel vervangt bestaande woningen. Tijdens de crisis lag het hele woondomein stil: geen nieuwbouw, weinig verkoop. Dat moeten we nu inhalen en daarom is 2018 een cruciaal jaar’, zegt de wethouder. Daarom zijn er bijvoorbeeld op de laatste raadsvergadering voor de verkiezingen nog tien bestemmingsplannen om te bespreken.

‘We moeten nu al aan de slag voor 2022!’ Bovendien moeten zowel de corporaties als de bouwers de capaciteit aankunnen om het woningaanbod tegen die tijd op peil te krijgen. De gemeente kampt ook met een te gering aanbod aan middenhuur. ‘Dat is ook echt een speerpunt van D66’, zegt de lijstduwer.

Overigens denkt hij daarbij niet alleen aan de middenhuur tussen 700 en 900 euro.

‘We zien dat veel mensen net tussen wal en schip raken. Er is grote behoefte aan huur net onder en boven de liberalisatiegrens.’

En de wethouder wil meer duurzame gebouwen in zijn gemeente. ‘Ook daarvoor is 2018 cruciaal. We moeten

»
PAUL KAGIE (RECHTS), WETHOUDER EN LIJSTTREKKER VAN LEEFBAAR
’S-HERTOGENBOSCH EN ERIC LOGISTER, WETHOUDER EN LIJSTDUWER VAN D66
‘Mensen met verward gedrag krijgen één contactpersoon en we hebben harde afspraken over het doorlopen van hun huurcontract en uitkering’
 »
Aedes-Magazine /
Aedes-Magazine / » regionale woningmarkten « 
 Aedes-Magazine / » regionale woningmarkten «

regionale woningmarkten

nu met zijn allen de schouders eronder zetten. Het is te gemakkelijk om tegen de corporaties te zeggen: doe het. Als gemeente moeten we in ons gebiedsbeleid verduurzaming zwaar laten doorklinken en bijvoorbeeld zelf ook duurzaam straatmeubilair aanschaffen, laadpalen plaatsen en het goede voorbeeld geven.’ Logister heeft nog net voor de verkiezingen een plan bij de raad neergelegd om bij het grondbeleid ook duurzaamheid mee te nemen, dus dat bij elk nieuw plan voor de gemeente ook aan bod komt of het voldoet aan de duurzaamheidseisen.

Verkiezingen

Duurzaamheid is ook een van de belangrijke verkiezingsthema’s van zijn D66. De partij wil in 2040 al klimaatneutraal zijn, in plaats van in 2050. Overigens net als Leefbaar ’s-Hertogenbosch en Rosmalen van collega Kagie. Hij wil duurzaamheid massiever aanpakken en gebruikmaken van bestaande technieken uit het buitenland en het combineren van middelen van Rijk, provincie en gemeenten om grote slagen te maken in verduurzaming. Bovendien wonen nog te veel ouderen in eengezinswoningen, waar ze eerst met het hele gezin woonden. ‘Die mensen moet je verleiden om elders in de wijk te gaan wonen. Tiny houses zijn nu heel populair, maar die kun je ook neerzetten in de wijken waar veel ouderen in te grote woningen zitten. Die huisjes zijn comfortabel en luxe, goedkoper en de mensen kunnen in hun eigen omgeving blijven’, aldus de lijsttrekker van Leefbaar.

Op hun beurt wil D66 een inclusieve samenleving. ‘Bij ieder plan moeten we ook nadenken over hoe kwetsbare groepen kunnen meedoen aan de samenleving. En we moeten naar een betere mix, niet alleen voor de huisvesting van verschillende groepen, maar ook van sociale huur, betaalbare koopwoningen en middenhuur’, besluit Logister.

BOUDEWIJN REVIS, WETHOUDER EN LIJSTTREKKER VVD IN DEN HAAG

HANDREIKING EN BROCHURE

Aedes heeft een handreiking uitgebracht om woningcorporaties te ondersteunen in hun lokale lobby. In de handreiking staan zowel inhoudelijke als praktische tips. Een natuurlijk moment voor corporaties om contact te zoeken met de lokale politiek is de installatie van een nieuwe raad en wethouders.

Bij de kennismaking kunnen corporaties gebruikmaken van de brochure Partners in wonen. In de brochure staat wat corporaties doen en hoe zij samenwerken met gemeenten. De handreiking en de brochure zijn te vinden in het dossier Gemeenteraadsverkiezingen 2018 op Aedes.nl.

Haagse VVD gaat erover. De helft daarvan gaat over het omgaan met afval. En de partij heeft ook het klimaatpact getekend met een aantal andere fracties uit de gemeenteraad en wil alle nieuwbouwwoningen van het gas af. Een begin is net gemaakt met de start van de bouw van 5.000 woningen op voormalig industrieterrein de Binckhorst.

‘Duurzaamheid is geen keuze meer. De VVD wil een bijdrage leveren en de handen uit de mouwen steken. Daar zijn wij best goed in. Op de Binckhorst gaan de woningen voldoen aan de hoogste duurzaamheidseisen en we gaan ook de huidige woningvoorraad verduurzamen, maar dat is een “hell of a job”. Het is hoog tijd dat deze operatie los komt van ideologie en dat we gaan aanpakken’, zegt een strijdbare lijsttrekker van de VVD. Daarom zit hij ook namens de gemeente in de commissie Bouwen en Wonen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Verduurzamen

Hij wil ook dat woningcorporaties sneller en effectiever gaan verduurzamen. ‘Die moeten uit hun slachtofferrol komen. Het onderhoud blijft achter en dat zorgt voor problemen als vocht en schimmel. Die moet je aanpakken. Renovatie is bovendien een goede reden om meteen te verduurzamen’, zegt Revis. Hij vindt dat corporaties best innovatiever kunnen en mogen zijn.

‘We hebben een heel grote paragraaf over duurzaamheid’, zegt Boudewijn Revis, wethouder Binnenstad, Stadsontwikkeling Kerngebieden en Buitenruimte trots. Ruim twee pagina’s van het verkiezingsprogramma (51 pagina’s in totaal) van de »

 Aedes-Magazine / »
«

»

regionale woningmarkten «

‘Waarom gaan ze niet samenwerken met Shell?

Die heeft hier in Den Haag een heel duurzaam huis neergezet met allerlei toeters en bellen. Ik verwacht van corporaties ondernemerschap en verder denken. Sluit allianties om problemen aan te pakken en kijk wat positiever naar de wereld’, aldus de wethouder.

Bovendien vindt hij dat corporaties best het deel van hun woningen tegen en net boven de liberalisatiegrens kunnen verkopen om de verduurzaming te betalen. Een wat hem betreft positief bijeffect is dat je dan ook spreiding krijgt in een wijk tussen lage en middeninkomens. Huurwoningen voor die

woon-werkcontracten woonzekerheid bieden aan werknemers die dichtbij hun werk wonen en wij als gemeente ook, want het scheelt woon-werkverkeer’, zegt de wethouder.

De gevolgen van de bezuinigingen op de geestelijke gezondheidszorg zijn ook in Den Haag merkbaar. Een speciale opvang voor personen met verward gedrag is ingericht bij het hoofdbureau van politie. Maar volgens wethouder Revis is voor deze groep meer zorg nodig. ‘Vooral de politieagent komt deze mensen tegen en heeft er werk aan. Met enige begeleiding en thuiszorg zou dat minder kunnen zijn. Deze mensen wonen vaak in corporatiewoningen.

Als er te veel mensen uit de GGZ in één complex wonen dan rent er bij wijze van spreken elke dag wel iemand in ochtendjas over het plein, met alle gevolgen voor de buurt van dien. Die mensen moet je spreiden over de corporatiewoningen, zodat je een sociale structuur eromheen kunt bouwen’, stelt Revis. ‘Wij moeten als gemeente problemen oplossen en dat is het mooie van lokale politiek: wat je vandaag doet heeft morgen effect.’

Bouwen

laatste groep ziet hij overigens niet als taak voor woningcorporaties: ‘daartoe zijn zij niet op aard’.

Woonruimteverdeling

Revis vindt dat de woonruimteverdeling op de schop moet. ‘Dat voorkomt nu dat mensen gestippeld kunnen wonen, dus particuliere huur naast sociale huur in één gebouw. Hier verderop in Den Haag is een woontoren met twee bellentableaus met daartussen een ingang met een glazen wand ertussen. De ene helft is voor particuliere huurders, de andere helft voor sociale huur. Dat moeten we toch niet willen als samenleving’, zegt de wethouder.

Hij wil dat het stelsel op de schop gaat en dat er ruimte is voor nieuwe concepten. Mensen met een baan moeten volgens hem voorrang krijgen bij een sociale huurwoning. ‘Een verpleegster in een Haags ziekenhuis kan na haar nachtdienst niet naar een sociale huurwoning in Delft-Zuid. Je kunt hierbij ook de werkgever betrekken. Daardoor kunnen zij via

Den Haag groeit de komende jaren volgens de voorspellingen door met 4.000 à 5.000 inwoners per jaar. Dat betekent dat er minimaal 2.500 woningen per jaar bij moeten. ‘We moeten goede keuzes maken over waar we willen bouwen en waar niet. Buurten en wijken moeten hun karakter houden, dus we willen niet elk veldje volbouwen. Maar rond Den Haag centraal station, Hollands Spoor en op de Binckhorst kunnen er nog veel woningen bij. De VVD durft te kiezen waar wel en niet bouwlocaties kunnen komen. Corporaties die willen, kunnen hier nog bouwen. Want er zijn ook sociale huurwoningen nodig in Den Haag. Niet alleen, maar ook’, aldus Revis.

«
‘Ik verwacht van corporaties ondernemerschap en verder denken in verduurzamen’
 »
Aedes-Magazine /
Enserve is specialist in woonruimteverdeling. Wij zetten ons in voor de ontwikkeling van één open en transparante woningmarkt. Onze kracht zit in kennis, maatwerk en service. Door onze uitgebreide en specialistische kennis van de woningmarkt krijgt u op elke vraag een antwoord en voor elk probleem een passende oplossing. Alles wat wij doen is afgestemd op uw specifieke wensen. Wij werken landelijk en staan onafhankelijk in de markt. Al meer dan 70 corporaties en gemeenten gingen u voor… wij maken graag ook met u kennis. Enserve, dé specialist in woonruimteverdeling www.enserve.nl Taxaties voor woningcorporaties Er komt veel op u af: onder andere veranderende regelgeving en verplicht taxeren op marktwaarde. Hoe houdt u grip op uw portefeuille? MVGM Vastgoedtaxaties biedt hierin ondersteuning en is gespecialiseerd in: · Taxaties ten behoeve van de jaarrekening · De IPD Corporatie Vastgoedindex · Regelgeving omtrent complexgewijze verkoop Wij weten waar we over praten en helpen u graag bij het maken van de juiste beslissingen. Bel Roger Felix 06 25 08 60 71 of bezoek mvgm.nl/vastgoedtaxaties

We willen niet stoken Maar in 2050 wil vrijwel niemand nog stoken

Samen zorgen we ervoor dat ook de komende generaties er nog lekker warm bij zitten. Doe mee met hetnieuweverwarmen.nl

RETHINK CLIMATE IMPROVE LIFE

‘De eerste contacten in de buurt zijn gelegd’

Sinds begin december  woont Karin Breijer () in dit huis in Roermond. Het huis is – na haar scheiding vier jaar geleden – een nieuwe start voor haar en haar kinderen. ‘Ik kan weer verder met mijn leven.’

‘Geweldig dat we bij het water wonen. Dat klepperende geluid van masten. Nu voel ik me ook een beetje op vakantie als ik thuis ben. We zijn een paar weken flink aan het klussen geweest, voordat we konden verhuizen. De grootste klus was een andere

vloer beneden. Gelukkig is mijn vriendin heel handig. De kinderen hadden er veel lol in om hun eigen kamer te schilderen in een zelf gekozen kleur en daarna zijn ze in de rest van het huis verder gegaan. Ik wil boven nog wel dubbel glas laten zetten, dat is nu nog enkel. Dat doet de woningcorporatie tegen een kleine huurverhoging. Mijn vorige huis was een koophuis. Na mijn scheiding ben ik daar blijven wonen totdat ik iets kon huren. Niet gedacht dat dat vier jaar zou duren. Ik heb nog overwogen om ook in andere buurten te gaan zoeken. Dit huis is kleiner

dan ons vorige huis en vooral voor de kinderen is dat even wennen. Ze wonen nu wel ietsje dichter bij hun middelbare school. Onze buren hebben kinderen in dezelfde leeftijd als de mijne. Met oud en nieuw hebben ze samen vuurwerk afgestoken. De volgende ochtend hebben we samen de straat weer opgeruimd. De eerste contacten in de buurt zijn gelegd. Nu ben ik volop plannen aan het maken voor de verwaar-loosde tuin. Daar staat veel gras, terwijl ik juist dol ben op bloemen en planten.’

TEKST: MARGRIET PFLUG, FOTO: MAARTJE VAN BERKEL Karin Breijer woont met drie kinderen in een vierkamer-eengezinswoning in Roermond. Zij huurt de woning van 109 vierkante meter van de 100-jarige woningcorporatie Domus. Het huis met bouwjaar 1988 heeft een WOZ-waarde van 139.000 euro.
» wonen « Aedes-Magazine /

» huisvester van het volk «

Jan Duiker

Monumenten?

Architect Jan Duiker (1890-1935) heeft er helemaal niets mee. Hij wil bouwen wat voor het moderne leven noodzakelijk is. Wat je niet meer nodig hebt, breek je af om ruimte te maken voor iets nieuws. Vanaf de jaren twintig is Duiker een warm voorstander van hoogbouw om arbeiders betaalbaar te huisvesten.

Hij schrijft er veel artikelen over, inclusief een pleitschrift aan de gemeente Amsterdam. Maar hij krijgt geen kans zijn hoogbouwideeën uit te voeren. Pas na de Tweede Wereldoorlog zijn de geesten daar rijp voor.

Zonder het zelf te willen heeft Duiker uiteindelijk toch een aantal monumenten op zijn naam, waaronder het Karenhuis in Alkmaar. Het is een van de eerste bejaardenhuizen in Nederland en Duikers eerste bouwwerk. De Vereeniging voor Volkshuisvesting in Alkmaar (VVA) schreef daarvoor in 1916 een prijsvraag uit, naar een voorbeeld van de Deense architect Karen Petersen. ‘Ouden van dagen’ kunnen er helemaal zelfstandig wonen in een beschermde omgeving. Het is zo’n revolutionair idee in die tijd, dat het de VVA aanvankelijk wat moeite kost om er huurders voor te vinden. Extra vervelend vanwege financiële problemen: de kosten zijn te laag ingeschat, waardoor er te weinig Rijkssubsidie is aangevraagd. De VVA en de gemeente maken ruzie over wie verantwoordelijk is voor het tekort.

De 35 tweekamer- en 11 eenkamerappartementen raken toch verhuurd. In latere jaren is er zelfs een wachtlijst.

Tegenwoordig heeft woningcorporatie Van Alckmaer het pand in beheer en heeft het in 2008 gerestaureerd. Naast individuele appartementen zijn er nu ook groepswoningen voor begeleid wonen met op de zolderverdieping een dagbestedingsruimte. Ook van iets ouds kun je weer iets nieuws maken.

Meer over de geschiedenis van sociale woningbouw op www.canonvolkshuisvesting.nl.

TEKST: MARGRIET PFLUG, FOTO: JONAS BRIELS

» huisvester van het volk «

Aedes-Magazine is zowel een gedrukte als een digitale uitgave van Aedes vereniging van woningcorporaties. AedesMagazine is gratis en verschijnt zes keer per jaar.

Aedes is de brancheverenging voor woningcorporaties in Nederland. Zij werken dagelijks aan goed en betaalbaar wonen voor mensen die om welke reden dan ook steun in de rug nodig hebben. Corporaties beheren 2,4 miljoen huurwoningen, waarin 4 miljoen mensen wonen. 1 op de 3 huishoudens in Nederland woont in een corporatie-

woning. Ongeveer 300 woningcorporaties zijn lid van Aedes, dat zijn vrijwel alle woningcorporaties in Nederland. Aedes berhartigt hun belangen, ondersteunt hen bij het uitvoeren van hun taken en biedt een platform voor kennisuitwisseling en ontmoeting. Aedes is ook de werkgeversvereniging van de corporatiebranche.

Redactie Tinka Hurkmans,

Aedes-Magazine 2018/1 » werkaanwonen.nl « » colofon «
Margriet Pflug en Latifa Vonk (hoofd- en eindredactie); Elske Koopman, José de Vreede en Marjon van Weersch (redactie); Devika Mangal en Carolien van der Ploeg (productie). M.m.v. Peter Breyer, Christine van Eerd, Simon Kooistra, Lisette Vos en Marco de Wilde. Redactiesecretariaat T (088) 233 37 50 E aedesmedia@aedes.nl Abonnementen gedrukte versie T (088) 233 37 00 E publicaties@aedes.nl Abonnementen digitale versie I www.aedes.nl/abonneren Grafische vormgeving Gedrukt: Curve grafische vormgeving BNO, Haarlem Digitaal: Bynder en Label A, Amsterdam/Rotterdam Advertenties Multor Media BV Wouter Otto Postbus 5085 6802 EB Arnhem T (085) 003 04 47 E wouterotto@multormedia.nl I www.multomedia.nl Aedes vereniging van woningcorporaties Koningin Julianaplein 10 2595 AA Den Haag Postbus 93121 2509 AC Den Haag T (088) 233 37 00 E aedes@aedes.nl I www.aedes.nl I www.aedesmagazine.nl Twitter @aedesnet.nl Auteursrechten voorbehouden ISSN 1388-8528 66

met duurzame warmtepomp

ThermoMaster C-XV & ThermoElegance Advance De troeven van AWB Kijk voor meer informatie op: www.awb.nl • Verkrijgbaar in CW 3/ CW 4/ CW 5 • Verwarmingsvermogens 25, 30 of 35 kW • Voorzien van optimaal vormgegeven warmtewisselaars • Zeer aantrekkelijke onderhoudscyclussen • Maximale grip op beheerskosten In combinatie met de GeniaAir lucht/ water warmtepomp het startpunt naar energieneutraal wonen AWB heeft met de ThermoMaster C-XV en de ThermoElegance Advance twee uitstekende ranges HR-ketels voor de projectenmarkt beschikbaar. Beide gericht op betrouwbare verwarming en tapwater, tegen goed beheersbare onderhoudskosten. Samen
• Te combineren met AWB lucht/ water warmtepomp GeniaAir • Dé hybride tussenstap in de energietransitie naar aardgasloos
Locatie: Amsterdam Opdrachtgever: Lemniskade Projecten Architect: FRANTZEN et al Architecten Oplevering: 2016 • Winnaar van de Duurzaamheidstender Buiksloterham • Winnaar van de internationale prijs ‘The Green Good Design Award’ • Het gebouw is circulair én volledig energie neutraal • Hoogste houten gebouw van Nederland, 30 meter hoog • GPR score van 8,9 en een EPC-waarde van 0,2 • Genomineerd voor de Nederlandse Duurzaam Bouwen Awards 2018 Hillen & Roosen is onderdeel van Hemubo DE NEDERLANDSE DUURZAAM BOUWEN AWARDS
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.